CLIL in het basisonderwijs
Summary
In deze studie is een antwoord gezocht op de vraag: Hoe kan CLIL het best worden vormgegeven in de middenbouw van de pilot tweetalig primair onderwijs (tpo)? Dit is enerzijds gedaan met behulp van een literatuuronderzoek en anderzijds door het interviewen van 17 participanten, verdeeld over vijf groepen: tpo-docenten, beleidsmakers, lerarenopleiders, onderzoekers en CLIL-experts uit het buitenland. Uit beide delen van het onderzoek blijkt dat er veel verschillen in mening over de betekenis en invulling van CLIL bestaan. Er zijn echter ook overeenkomsten gevonden. Zo moet er gelijke aandacht bestaan voor het content-gedeelte en het language-gedeelte en is het belangrijk duidelijke doelstellingen te formuleren voor de lessen. Vakken als wereldoriëntatie, creatieve vakken, wiskunde/rekenen en sportlessen lijken geschikt voor CLIL, hoewel het wellicht beter is projectmatig te werken. Het beoordelen van de L2-vaardigheid binnen de CLIL-les is goed, mits het op basis van de taaldoelen gebeurt en er correctieve feedbackmethodes voor gebruikt worden die de aandacht niet teveel wegnemen van de inhoud van de les. Het is raadzaam vaktermen in beide talen aan te bieden. Het lees- en schrijfonderwijs in het Engels kan het beste in groep 4/5 geïntroduceerd worden, mits er rekening wordt gehouden met de kinderen die er wellicht al eerder klaar voor zijn. CLIL is geschikt voor iedereen, er hoeft geen selectieprocedure te komen voor kinderen met leer-, lees- en/of taalproblemen of kinderen met een andere moedertaal. Ten slotte lijkt CLIL in de middenbouw nu al haalbaar te zijn in de praktijk. Aandachtspuntjes zijn: het tekort aan goed materiaal, een goede begeleiding van leerkrachten.