Spreker-specificiteit van de fricatief /s/ in spontaan Nederlands
Summary
Bij een forensisch spraakonderzoek is het van belang dat de spraak in een betwiste opname vergeleken wordt op spraakkenmerken met een opname waarop een verdachte te horen is. Er wordt bij spraakonderzoek objectief bepaald in hoeverre het bewijs overeenkomt met de spraakkenmerken van de verdachte ten opzichte van de spraakkenmerken van andere sprekers. Om te zorgen dat forensisch spraakonderzoek zo nauwkeurig mogelijk kan worden uitgevoerd, is o.a. kennis over de spreker-specificiteit van allerlei spraakklanken nodig. In dit onderzoek staat de fricatief /s/ centraal, in spontane spraak bij een groep Nederlandstalige, volwassen mannen. De fricatief /s/ wordt aan de hand van het spectraal zwaartepunt, de standaarddeviatie van het spectrum, en de duur onderzocht, en hierna worden verschillende variantie-analyses en Lineaire Discriminant Analyses uitgevoerd om erachter te komen of en zo ja welke van deze kenmerken de fricatief /s/ spreker-specificiteit verlenen. De resultaten laten zien dat er effecten zijn van de sprekers op het spectraal zwaartepunt, op de standaarddeviatie van het spectrum en op de duur van de fricatief /s/. Ook blijkt uit de Lineaire Discriminant Analyses dat de sprekers op basis van deze informatie boven kansniveau kunnen worden geclassificeerd. Uit de resultaten van de twee testen kunnen we concluderen dat de fricatief /s/ in spontane spraak bij Nederlandstalige mannen spreker-specifieke kenmerken bevat.