Alleenstaande minderjarige vreemdelingen in pedagogisch perspectief
Summary
Doel: Het aantal asielaanvragen door alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv’s) is de afgelopen jaren fors gestegen. In afwezigheid van een ouder of voogd, is de Nederlandse overheid verantwoordelijk voor de opvoeding en ontwikkelingsstimulering van deze jongeren. In opdracht van de Wiardi Beckman Stichting is in kaart gebracht hoe het huidige overheidsbeleid optimale kansen biedt aan amv’s en op welke wijze de pedagogische kwaliteit ervan verbeterd kan worden. Methode: Als uitvoerders van het overheidsbeleid, zijn 17 professionals met een opvoedende taak richting amv’s bevraagd naar hun visie op het welzijn van en beleid omtrent deze doelgroep. Resultaten: Volgens professionals hebben alle amv’s in verschillende mate zowel veerkracht als trauma. Ook beschreven ze risicofactoren voor het welzijn van amv’s evenals individuele verschillen in adaptatie. Echter, slechts een deel van de professionals rapporteerde de aanwezigheid
van psychopathologie. De dimensie van puber hanteerden professionals tenslotte om gedrag en behoeften van amv’s te normaliseren. Professionals herkenden het belang van het actief versterken van zowel de eigen kracht als het sociale netwerk voor een succesvolle adaptatie en beschreven daarnaast randvoorwaarden als scholing, stabiliteit in zorg en zorgcontinuïteit bij 18 jaar. Een eenduidige visie op beleid en de rol van de PCS ontbrak. Conclusie: Aan amv’s wordt geen continue pedagogische context geboden. De zorg rond deze doelgroep is gefragmenteerd en een gezamenlijke pedagogische visie lijkt te ontbreken. Een aanbeveling aan de Nederlandse overheid en uitvoerende organisaties is na te gaan hoe de ontwikkeling van amv ‘s integraal en vanuit een toekomstgerichte visie geoptimaliseerd kan worden.