Strijd om werknemersbelangen: de machtsverhouding tussen vakbond en ondernemingsraad 1950-2016
Summary
In de scriptie ‘Strijd om werknemersbelangen: de machtsverhouding tussen vakbond en ondernemingsraad 1950-2016’ heb ik als centrale hypothese geformuleerd dat sinds het intreden van de neoliberalisering vanaf 1980, in Nederland de ondernemingsraad meer macht heeft verworven, ten koste van de vakbond. Om deze hypothese te toetsen onderzoek ik een aantal deelhypothesen, bekeken aan de hand van een drietal cases. Het onderzoek naar deze drie cases toont dat de uitbreiding van de WOR van 1979 de macht van de OR dusdanig uitbreidt, dat de OR zich terrein kan toe-eigenen wat traditioneel tot de core-business van de vakbond behoort: reorganisaties, het sociaal plan en de primaire arbeidsvoorwaarden. Ook wordt duidelijk dat in de periode erop – tussen 1988 en 1995 – ondernemers er in slagen om de cao-onderhandelingen, waar de vakbonden het primaat op hebben, toch te kunnen voeren op ondernemingsniveau door de grenzen van de wet op te zoeken. Tot slot komt in de periode tussen 2013 en 2016 ook de arbeidsvoorwaarde pensioen binnen de invloed van de OR door een aantal amendementen op de WOR, waarmee de vakbonden nogmaals macht aan de OR verliezen. Zo wordt de centrale hypothese dat sinds het intreden van de neoliberalisering vanaf 1980 in Nederland de OR meer macht heeft verworven ten koste van de vakbond, bevestigd.