Zwijgend naar een horizon
Summary
Als uitgangspunt voor mijn onderzoek heb ik het boek 'Reconsidering the Postmodern' (2011) genomen, geschreven door Thomas Vaessens en Yra van Dijk met bijdragen van critici en wetenschappers waaronder Sven Vitse. In zijn hoofdstuk over hedendaagse Vlaamse literatuur beweert hij dat Nolens’ roman Stilte en melk voor iedereen, een laatpostmodernistisch werk is. Deze uitspraak vormt de directe aanleiding voor mijn onderzoek. In deze scriptie ga ik na of Nolens’ roman werkelijk als een laatpostmodernistisch werk kan worden opgevat. Uit eigen onderzoek naar de herkomst en betekenis van het laatpostmodernisme blijkt dat enkele hedendaagse critici die het postmodernisme dood hebben verklaard en kritisch terugblikken op de postmoderne erfenis, zich achter deze noemer scharen. Reflecterend op de houding van de postmodernisten ten opzichte van de wereld om zich heen, formuleren Vaessens en van Dijk een aantal punten waar de laatpostmodernisten tegen ageren. Deze kritiek, zo beweren zij, wordt ook verwerkt in bepaalde romans die tegenwoordig verschijnen. Deze romans bevatten nog wel sporen van het postmodernisme, maar hebben voornamelijk conventionele karaktertrekken en laten zien dat ze met de postmoderne erfenis aan de slag gaan. Door een verhaalanalyse uit te voeren en de resultaten daarvan te vergelijken met Vaessens en Van Dijks puntensysteem, kom ik tot de bevinding dat Nolens’ roman op de meeste punten voldoet aan de voorgeschreven laatpostmodernistische kenmerken. Ik concludeer dat de roman als een laatpostmodernistisch werk is op te vatten, maar plaats daarbij direct de kanttekening dat de gehanteerde methode dat te bewijzen, gebruiksonvriendelijk is en diepgang mist. Door onder andere de complexiteit van het begrip ironie toe te lichten aan de hand van andere secundaire literatuur, verklaar ik het gebruikte puntensysteem ongeschikt voor directe toepassing op een roman. Ik sluit af met aanbevelingen voor nader onderzoek naar het laatpostmodernistische karakter van hedendaagse romans en een verbetering van methoden om dit predicaat toe te kunnen kennen.