Pesten en narcisme: Verschillen tussen pestrollen en het interactie-effect met sekse
Summary
Pesten onder jeugdigen is een veelvuldig onderzocht thema. Betrokkenheid bij pesten kan blijvende emotionele en fysieke consequenties hebben voor jeugdigen. Uit de literatuur blijkt dat er een relatie is tussen pesten en narcisme. Het is daarom van belang deze relatie verder te onderzoeken. Dit onderzoek richt zich op de relatie tussen pesten en narcisme bij kinderen in groep 6, 7 en 8. De steekproef bestaat uit 1229 kinderen (49,4% meisjes). De participanten zijn ingedeeld in de groepen daders (N = 191, 18,8% meisjes), slachtoffers (N = 85, 51,8% meisjes) en niet-betrokkenen (N = 341, 44,6% meisjes). De kinderen vulden een zelfrapportagelijst in over narcisme. De pestrollen werden gemeten door peernominaties. Er zijn (M)ANOVA’s uitgevoerd om te onderzoeken of daders hoger scoorden op narcisme. Als tweede onafhankelijke variabele werd sekse toegevoegd. Uit de resultaten blijkt dat er een hoofdeffect zichtbaar is voor de variabele groep. Voor de variabele sekse is geen hoofdeffect zichtbaar. Daders scoorden significant hoger op narcisme dan slachtoffers en niet-betrokkenen. Tussen de overige groepen zijn geen significante verschillen aangetroffen in de score op narcisme. Daarnaast is er geen interactie-effect met sekse waarneembaar. Aanbevolen wordt om verder onderzoek te doen naar pesten en narcisme. Hierbij is het van belang dat er gekeken wordt naar verschillen in pestgedrag, typen narcisme en grondleggers van narcisme.