View Item 
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

        Browse

        All of UU Student Theses RepositoryBy Issue DateAuthorsTitlesSubjectsThis CollectionBy Issue DateAuthorsTitlesSubjects

        Productie van Innerlijke Toestandstermen bij eentalige en meertalige kinderen met en zonder TOS

        Thumbnail
        View/Open
        Scriptie H. J. Koolmees.pdf (538.8Kb)
        Publication date
        2016
        Author
        Koolmees, H.J.
        Metadata
        Show full item record
        Summary
        Bij het vertellen van een verhaal komen verschillende vaardigheden aan de orde, waaronder de productie van Innerlijke Toestandstermen (Gagarina et al., 2012). Tsimpli, Peristeri en Andreou (2016) en Chen en Yan (2011) lieten zien dat meertalige normaal ontwikkelende kinderen een voordeel hebben op de productie van deze termen, terwijl Boerma, Leseman, Timmermeister, Wijnen en Blom (2016) geen verschil tussen eentalige en tweetalige kinderen met en zonder Taalontwikkelingsstoornis vonden. Tsimpli et al. (2016), Chen en Yan (2011) en Schwanenflugel, Henderson & Fabricius (1998) lieten zien dat de productie van Innerlijke Toestandstermen toeneemt in de ontwikkeling. In het huidige onderzoek is er gekeken naar de productie van Innerlijke Toestandstermen op twee meetmomenten bij eentalige en meertalige normaal ontwikkelende kinderen en kinderen met een Taalontwikkelingsstoornis. Uit de resultaten kwam naar voren dat de meertalige normaal ontwikkelende kinderen meer Innerlijke Toestandstermen produceerden dan de eentalige kinderen, maar dat er geen verschil tussen de twee meetmomenten te zien was. De meertalige kinderen met een Taalontwikkelingsstoornis produceerden niet meer Innerlijke Toestandstermen dan de eentalige kinderen, maar beide groepen produceerden er wel meer op het tweede meetmoment dan op het eerste meetmoment. De theoretische implicatie van dit onderzoek is dat het bijdraagt aan de huidige wetenschappelijke kennis over dit onderwerp. De klinische implicatie is dat deze kennis gebruikt kan worden in de logopedische praktijk bij de behandeling van kinderen met een Taalontwikkelingsstoornis.
        URI
        https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/23291
        Collections
        • Theses
        Utrecht university logo