'Publieke' Omroep? De veranderende functie van de publieke omroep in het licht van de publieke sfeer
Summary
De afgelopen jaren is er door de overheid en de publieke omroepen fel gedebatteerd over hoe de Nederlandse publieke omroep eruit zou moeten zien. Bepaalde politieke partijen zijn voorstander van een 'complementaire' publieke omroep, die alleen dat biedt dat de commerciële links laat liggen. Andere partijen en de omroepverenigingen zijn van mening dat dit de doodsteek betekent voor het omroepbestel en willen een breed aanbod waarmee de hele samenleving kan worden bereikt.
Om dit debat wat duiding te geven ga ik in op het nut van een publieke omroep vanuit de filosofische theorie van de publieke sfeer, oftewel: publieke media zijn belangrijk omdat ze een platform bieden waarop een breed scala aan meningen kan worden gedeeld, waardoor gebruikers zelf een mening kunnen vormen en zodoende beter voorbereid kunnen deelnemen aan het publieke debat. Aan de hand van deze theorie analyseer ik de dialoog die plaatsvond tussen regering, NPO en de Raad voor Cultuur naar aanleiding van de nieuwe concessieperiode 2016-2020. Ook laat ik aan de hand van de visie van Omroep MAX zien dat niet het gehele omroepbestel eensgezind is.
Aan de hand van mijn analyse concludeer ik dat de visie van de Raad voor Cultuur het dichts bij de wetenschappelijke theorie ligt, op de voet gevolgd door die van de NPO. De regering laat echter in haar correspondentie belangrijke aspecten van de publieke sfeer achterwege, die mogelijk zijn te verklaren vanuit de politieke kleur van het huidige kabinet Rutte II. Tot slot ga ik in de discussie in op de toekomst van de publieke sfeer indien de publieke omroep niet genoeg met haar tijd mee gaat.