View Item 
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

        Browse

        All of UU Student Theses RepositoryBy Issue DateAuthorsTitlesSubjectsThis CollectionBy Issue DateAuthorsTitlesSubjects

        De rol van consciëntieusheid in het effect van mindfulness op depressie

        Thumbnail
        View/Open
        Doedens, K.docx (76.06Kb)
        Publication date
        2016
        Author
        Doedens, K.
        Metadata
        Show full item record
        Summary
        De laatste jaren is er steeds meer aandacht voor een methode om het psychologisch welbevinden te verbeteren, namelijk mindfulness. Bij mindfulness gaat het om het opzettelijk richten van de aandacht in het hier en nu, met een open en accepterende houding. Uit diverse onderzoeken is mindfulness effectief gebleken in het tegengaan van depressieve gevoelens. In dit onderzoek wordt gekeken naar de rol van consciëntieusheid in het effect van mindfulness op depressie. Er zijn 36 participanten in de experimentele groep die twee mindfulnesstrainingen hebben gevolgd over een periode van vier weken. De controlegroep bestaat uit twintig participanten die geen training hebben gekregen. De depressieve gevoelens zijn gemeten met de BDI-II, consciëntieusheid met de NEO-FFI-3 en mindfulness met de CAMS-R. Na het uitvoeren van een repeated measures ANOVA bleek dat alle participanten hoger scoorden op mindfulness na de vier weken, onafhankelijk van de groep. De participanten lieten geen afname zien van depressieve gevoelens na het volgen van de mindfulnesstraining. Tot slot leek consciëntieusheid geen rol te spelen in het verband tussen mindfulness en depressie. Ook het aantal minuten dat iemand had besteed aan het doen van mindfulnessoefeningen bleek geen rol te spelen in dit verband. Beperkingen van het onderzoek hebben vooral betrekking op de steekproef, het gebruikte materiaal en de methode. Vervolgonderzoek kan van belang zijn om met deze factoren rekening te houden.
        URI
        https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/22499
        Collections
        • Theses
        Utrecht university logo