View Item 
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

        Browse

        All of UU Student Theses RepositoryBy Issue DateAuthorsTitlesSubjectsThis CollectionBy Issue DateAuthorsTitlesSubjects

        De relatie tussen gezinsparticipatie en participatie in vrijetijdsactiviteiten bij kinderen met Cerebrale Parese in de leeftijd 18-47 maanden

        Thumbnail
        View/Open
        Masterthesis Meeussen, HSH-3783340.pdf (324.0Kb)
        Publication date
        2015
        Author
        Meeussen, H.S.H.
        Metadata
        Show full item record
        Summary
        Doel: In dit onderzoek wordt gekeken naar de relatie tussen gezinsparticipatie en de intensiteit in participatie door 58 kinderen met Cerebrale Parese (CP) in de leeftijd 18-47 maanden. Daarnaast is gekeken naar voorspellende kind- en gezinsfactoren van de intensiteit van participatie door het kind met CP. Methode: De ouders van 58 kinderen (N=33 jongens en N=25 meisjes, M leeftijd=35.5 maanden) hebben de Assessment of Preschool Children’s Participation (APCP) en een lijst met demografische gegevens ingevuld, en een onderzoeker heeft een semi-gestructureerd interview, de Family Participation Questionnaire, bij hen afgenomen. Resultaten: Door middel van Kendall’s Tau-b werden significante relaties tussen gezinsparticipatie en totale intensiteit (τ=-.217, p.038), intensiteit in informele activiteiten (τ=-.210, p.045), en de domeinen vaardigheidsontwikkeling (τ=.212, p.046) en actief bewegen (τ=-.253, p.016). Daarnaast zijn door middel van multiple regressie diverse kind- en gezinsfactoren voorspellers gebleken voor de intensiteit van participatie door het kind met CP. Formele participatie werd voorspeld door de sekse van het kind met CP (R2=.10), informele participatie door het GMFCS-niveau (R2=.072), participatie op het domein speelactiviteiten door plaats in de kinderrij (R2=.08), participatie op het domein actief bewegen door GMFCS-niveau, MACS-niveau en participatie in gezinsactiviteiten (R2=.27) en participatie op het domein sociale vaardigheden door de leeftijd van het kind met CP (R2=.092). Conclusie: Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat gezinsparticipatie samenhangt met de intensiteit van participatie door het kind met CP, en dat verschillende kind- en gezinsvariabelen hier een voorspellende factor in zijn.
        URI
        https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/22012
        Collections
        • Theses
        Utrecht university logo