Effecten van het verbetertraject Maatregelen op Maat op de visie op en kennis van vrijheidsbeperkende maatregelen bij begeleiders van mensen met een verstandelijke beperking
Summary
Achtergrond: Vrijheidsbeperkende maatregelen (VBM) brengen fysieke en psychische risico’s met zich mee. Het verbetertraject Maatregelen op Maat is ontwikkeld om instellingen voor mensen met een verstandelijke beperking te ondersteunen in het terug dringen van VBM. Doel: Nagaan in welke mate het verbetertraject Maatregelen op Maat ertoe leidt dat begeleiders (1) meer maatregelen als vrijheidsbeperkend gaan zien, (2) in minder situaties een VBM overwegen, (3) meer kennis krijgen over respectievelijk de voorwaarden en (4) de juridische aspecten omtrent het toepassen van een VBM. Methode: 26 begeleiders hebben voor de start van het verbetertraject en drie maanden daarna een vragenlijst ingevuld over de vier genoemde aspecten. Resultaten: Begeleiders zien maatregelen die de bewegingsvrijheid van een cliënt inperken en die gerelateerd zijn aan toezicht hebben op de cliënt (bijvoorbeeld het gebruik van camera’s), significant vaker als vrijheidsbeperkend. Ze vinden het toepassen van een vrijheidsbeperkende maatregel meer gerechtvaardigd in situaties waar de veiligheid in gevaar is. De kennis over de voorwaarden en de juridische aspecten van een vrijheidsbeperkende neemt niet significant toe, maar was al relatief hoog. Conclusie: Het verbetertraject Maatregelen op Maat is beperkt effectief bij begeleiders in het veranderen van de visie op VBM op het gebied van bewegingsvrijheid en toezicht. De tijd tussen de voormeting en de tussentijdse meting was echter relatief kort. Daarom wordt geadviseerd om een nameting te verrichten aan het einde van het verbetertraject.