Het verschil in psychosociale problemen tussen matig risicovol en hoog risicovol prenatale blootstelling aan alcohol bij kinderen met FASD
Summary
Doel Eén van de belangrijkste gevolgen van het Foetaal Alcohol Syndroom (FAS) is de ontwikkeling van psychosociale problemen bij het kind (Mattson & Riley, 1988; Riley & McGee, 2005). Het is echter onduidelijk of de gevolgen op psychosociaal gebied verschillen bij een lage en hoge mate van prenataal alcoholgebruik. Het doel van de huidige studie was het verschil in psychosociale problemen tussen matig risicovol en hoog risicovol prenatale blootstelling aan alcohol bij kinderen met FASD te onderzoeken. Tevens werd onderzocht of prematuriteit, prenataal nicotinegebruik en psychische problemen bij familie van moederszijde als voorspeller voor psychosociale problemen van belang waren. Methode De data betreft patiënten van de FAS Poli te Zutphen, bestaande uit 145 kinderen en jongeren, 84 jongens (57.9%) en 61 meisjes (42.1%), in de leeftijd van 4 tot 18 jaar (M = 10.51, SD = 3.76) met verschillende demografische achtergronden. Het prenataal alcoholgebruik werd onderscheiden in twee groepen: matig risicovol alcoholgebruik en hoog risicovol alcoholgebruik (Astley & Clarren, 2000). Resultaten Negatieve stemming bij het kind bleek significant vaker voor te komen bij hoog risicovol prenataal alcoholgebruik (χ² = 5.18, df = 1, p = .02). Angst bleek het meest voorkomende psychosociale probleem te zijn bij zowel matig risicovol als hoog risicovol alcoholgebruik. Prematuriteit bleek, tegengesteld aan de verwachting, een voorspeller te zijn voor minder psychosociale problemen. Conclusie Naast negatieve stemming werden er geen verschillen in psychosociale problemen gevonden voor matig risicovol en hoog risicovol prenataal alcoholgebruik. Deze resultaten kunnen bijdragen aan meer bekendheid in Nederland over de grote impact van kleine hoeveelheden prenataal alcoholgebruik.