De samenhang tussen de mentor-leerlingrelatie, schoolprestaties en schoolverzuim in het middelbaar beroepsonderwijs
Summary
Het terugdringen van het aantal voortijdig schoolverlaters heeft zowel nationaal als internationaal hoge prioriteit. Een duidelijk zichtbaar, vaak vroeg signaal, dat duidt op het risico voor voortijdig schoolverlaten is schoolverzuim. Het doel van het beschreven onderzoek in deze thesis is een bijdrage te leveren aan de theoretische kennis over schoolverzuim van mbo-leerlingen, ten behoeve van het terugdringen van het aantal voortijdig schoolverlaters binnen het mbo. In dit onderzoek wordt de vraag gesteld in welke mate er samenhang is tussen de mentor-leerlingrelatie, gemeten vanuit de perceptie van de leerling, de schoolprestaties en het percentage schoolverzuim van mbo-leerlingen niveau 2 en 4. Ook wordt bepaald hoe de risicofactoren geslacht en opleidingsniveau hiermee samenhangen.
Het onderzoek is uitgevoerd bij eerstejaars leerlingen met opleidingsniveau 2 en 4 van een Tilburgse handelsgerichte mbo-afdeling. Hierbij zijn de verzamelde gegevens van 242 leerlingen meegenomen in de uitgevoerde analyses. Bij de leerlingen is de Vragenlijst Interpersoonlijk Leraarsgedrag (VIL) afgenomen, waarmee wordt bepaald in welke mate de leerlingen de Invloed en Nabijheid van de mentor ervaren. De overige persoonlijke gegevens zijn in kaart gebracht met behulp van het digitale leerlingvolgsysteem van de betreffende school.
Bij de analyse van de VIL zijn de dimensiescores Invloed en Nabijheid berekend en is de betrouwbaarheid vastgesteld. Vervolgens zijn verschillende regressieanalyses uitgevoerd. Hierbij is steeds geanalyseerd hoeveel van de variantie in schoolverzuim kan worden verklaard door de betreffende onafhankelijke variabele. De hierna stapsgewijs uitgevoerde multipele regressieanalyse, waarin alle variabelen zijn opgenomen, bevestigt de resultaten uit de afzonderlijke analyses. Van alle onafhankelijke variabelen heeft alleen schoolprestaties een significant effect op schoolverzuim, waarbij de variantie in schoolverzuim wordt verklaard met 13%. De overige onafhankelijke variabelen leveren, tegen de verwachtingen in, geen significante bijdrage aan de verklaring van variantie in schoolverzuim. De hierna uitgevoerde meerweg ANOVA toont aan dat de variantie in schoolprestaties alleen door het opleidingsniveau kan worden verklaard met een significant effect van 6%.
Een her-analyse naar de samenhang tussen schoolprestaties en schoolverzuim van leerlingen in het mbo-onderwijs is nodig, waarbij schoolverzuim slechts een signaal blijft van een onderliggend probleem of zelfs meerdere problemen. Het is van belang alert te blijven op leerlingen die signalen vertonen van risico’s van voortijdig schoolverlaten en te blijven zoeken naar interventies die bijdragen aan het voorkomen hiervan.