Arbeidsoriëntaties en motivatie: Een onderzoek naar het effect van fit op het gebied van arbeidsoriëntaties op motivatie onder het personeel van ING Bank.

Abstract

In dit onderzoek is ingegaan op het effect van fit op het gebied van arbeidsoriëntaties op motivatie. Een onderscheid is gemaakt tussen een intrinsieke, zacht extrinsieke en hard extrinsieke arbeidsoriëntatie. Er is onderzocht hoe motivatie van werknemers wordt beïnvloed door de match of fit tussen persoonlijke needs en hetgeen organisaties aanbieden in de context van werk (supply). Daarbij is een onderscheid gemaakt tussen autonome en gecontroleerde motivatie met de veronderstelling dat autonome motivatie kwalitatief betere motivatie is dan gecontroleerde motivatie. Er is een enquête gehouden onder medewerkers van ING Bank Nederland, de grootste financiële instelling van Nederland. De analyse van de data wijst uit dat de intrinsieke arbeidsoriëntatie het sterkst aanwezig is onder personeel van ING Bank. Dit betekent dat personeel primair gericht is op intrinsieke zaken als persoonlijke ontwikkeling, uitdaging en verantwoordelijkheid. Daarnaast wijst dit onderzoek uit dat het personeel van ING Bank sterk autonoom is gemotiveerd, de motivatie die afkomstig is uit mensen zelf is sterker dan indirecte motivatie die volgt uit zaken als beloning en controle van managers. Het veronderstelde verband tussen fit op het gebied van de intrinsieke arbeidsoriëntatie en autonome motivatie werd slechts gedeeltelijk gevonden. Een sterker verband werd gevonden voor fit over de zacht extrinsieke arbeidsoriëntatie en autonome motivatie. Tot slot werd duidelijk dat er verschillen bestaan tussen personeelsgroepen bij ING Bank met betrekking tot arbeidsoriëntaties en motivatie.