Over de effecten van feedback bij de didactiek Leren-door-observeren. Een onderzoek naar de optimalisatie van de schrijfvaardigheid van vmbo-leerlingen
Summary
Al vele jaren verdiepen onderzoekers zich in het schrijfproces en het leren schrijven bij leerlingen van de middelbare school. Hoofdoorzaak hiervan is het feit dat schrijven een gecompliceerde bezigheid blijkt, waarbij meerdere activiteiten tegelijk van de leerlingen worden vereist. Zij moeten namelijk voldoen aan twee taken: de leertaak en de schrijftaak. Uit onderzoek blijkt dat leerlingen niet alleen leren door zelf een tekst te schrijven, maar ook door schrijfprocessen en schrijfproducten van andere leerlingen te observeren. Dit heeft erin geresulteerd dat onderzoekers leerlingen een instructieve tekst hebben laten schrijven, waarbij de uitwerking per geschreven instructie uitgevoerd wordt door een andere leerling. Hier worden filmopnames van gemaakt en later getoond aan de schrijvers, wat ervaren wordt als een leermoment. Deze methode geeft oplossingen, maar ook problemen.
In de navolgende hoofdstukken worden deze problemen uiteengezet aan de hand van een onderzoek van Jacqueline Evers-Vermeul en Huub van den Bergh (2009). Daarna worden mogelijke oplossingen geboden, waarbij er een verschil optreedt tussen het traditionele schrijfonderwijs en het schrijfonderwijs met een andere didactiek namelijk leren-door-observeren. Maar ook deze didactiek is nog niet optimaal, waardoor ik vervolgens in zal gaan op mijn eigen onderzoek waarmee ik een oplossing probeer te bieden aan de problemen die schrijfvaardigheid nu nog met zich mee brengt. De vraag die hierbij centraal staat is:
Herschrijven leerlingen hun eerste versie beter na het observeren van een filmpje met het effect van een zwak en/of goed model?