Annotatiegebruik van correctoren

Abstract

Dit onderzoek heeft zich gericht op het annotatiegebruik van correctoren van de vakken Nederlands, Engels, wiskunde, biologie, geschiedenis en tehatex van het centraal examen 2009 in Nederland. Middels een inhoudsanalyse van annotaties op het examenwerk en interviews met negen correctoren van het examenvak Nederlands is informatie verzameld over het annotatiegebruik met betrekking tot frequentie, vorm en functie. Uit de resultaten blijkt dat over de zes vakken er het meest gebruik gemaakt wordt van de annotatievormen scorepunt; streep en krul. Tussen de zes vakken zijn enkele verschillen vastgesteld in het annotatiegebruik met betrekking tot frequentie en vorm. Elk vak heeft een eigen annotatieprofiel. Tevens zijn er verschillen vastgesteld in het annotatiegebruik bij drie verschillende vraagtypen. Uit de interviews is gebleken dat correctoren hun annotaties gebruiken voor persoonlijke functies zoals overzichtelijkheid; het terug kunnen vinden van delen uit het examenwerk; het controleren van de consistentie van het correctiewerk en het makkelijker maken van het corrigeren. Daarnaast vervullen de annotaties een communicatieve functie naar de tweede corrector waarbij verantwoording wordt gegeven voor het aantal toegekende scorepunten en waardoor het overleg gemakkelijker wordt.