Intentie tot retentie: HR-factoren die ervoor zorgen dat generatie Y-werknemers bij een organisatie willen blijven werken volgens het JD-R-model en de AMO-theorie en het mediërende effect van betrokkenheid hierin.
Summary
De demografische en economische ontwikkelingen in Nederland hebben voor grote veranderingen gezorgd op de arbeidsmarkt. Er zal op een meer duurzame manier moeten worden geïnvesteerd in werknemers en de meest capabele werknemers zullen aan de organisatie gebonden moeten worden. Het doel van dit onderzoek is het verkrijgen van inzicht in HR-praktijken die invloed uitoefenen op de intentie tot retentie bij de jongere, generatie Y-werknemers en de rol van betrokkenheid hierin (N=109). Verwacht werd een positieve invloed van de HR-praktijken op intentie tot retentie, maar uit de toetsende analyses bleek dat alleen de aanwezigheid van ‘ontwikkelingsmogelijkheden’ invloed te hebben. Conform de verwachting hechten jongeren de meeste waarde aan trainings-en ontwikkelingsmogelijkheden, waardoor zij gemotiveerd raken en hun werk beten willen uitvoeren. Betrokkenheid is geen mediator in de relatie tussen de HR-praktijken en de intentie tot retentie, gezien het feit alleen participatie invloed heeft op betrokkenheid. Dit onderzoek kan gebruikt worden om de HR-praktijken met de meeste invloed op de retentie en betrokkenheid van werknemers te bepalen en dit mee te nemen in een leeftijdsbewust personeelsbeleid. Bovendien is het in de
huidige tijd van bezuinigingen van belang om te weten waar geld in geïnvesteerd kan worden en waar op gekort kan worden.