Leerlingen (media)wijs met bronnen? Een experimenteel onderzoek onder leerlingen in het voortgezet onderwijs naar de invloed van een (on-)deskundige pro- of contrareactie op de geloofwaardigheid en overtuigingskracht van de (on-)deskundige bron van een internetartikel
Summary
In deze scriptie wordt een experimenteel onderzoek beschreven naar de invloed van een (on-)deskundige pro- of contrareactie op de geloofwaardigheid en overtuigingskracht van de (on-)deskundige bron van een internetartikel. Aan dit onderzoek hebben 460 leerlingen meegewerkt uit 4/5/6 havo en vwo van scholen verspreid over heel Nederland, evenredig verdeeld over 20 verschillende afnamecondities. De onafhankelijke variabelen die zijn gemanipuleerd: 1. (on-)deskundigheid van de bron van het artikel; 2. geen reactie, een proreactie (vóór het standpunt van de bron) en een contrareactie (tegen het standpunt van de bron); 3.(on-)deskundigheid van de bron van de reactie op het artikel. De afhankelijke variabelen die zijn gemeten: geloofwaardigheid en overtuigingskracht. Deze zijn gemeten met twee instrumenten. Ten eerste met een vragenlijst met gesloten vragen, ten tweede door het verzamelen van zelfgeschreven vervolgreacties van leerlingen naar aanleiding van het oorspronkelijke artikel en de (eventuele) eerste reactie hierop.
De verwachting was dat er een toename zou zijn van de geloofwaardigheid en de overtuigingskracht van de bron van een internetartikel bij een positieve reactie en dat deskundigheid dit effect zou versterken. Deze verwachting is deels uitgekomen. Een positieve reactie maakt de bron van een internetartikel geloofwaardiger en overtuigender, maar deskundigheid speelt hierbij geen enkele rol: noch bij de (on-)deskundigheid van de bron van het internetartikel, noch bij de (on-)deskundigheid van de bron van de reactie op het artikel. Uit een verdere analyse van de zelfgeschreven vervolgreacties blijkt ook dat een contrareactie meer cognitieve inspanning uitlokt bij leerlingen dan een proreactie. Lezers van een contrareactie reageren in hun vervolgreactie vaker op de eerste reactie, expliciteren vaker dat ze het eens zijn en ook dat ze het oneens zijn en bedenken vaker zelf argumenten om hun standpunt te ondersteunen.