Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorBaauw, S.
dc.contributor.advisorCoopmans, P.H.A.
dc.contributor.authorBogaart, E.M. van den
dc.date.accessioned2013-09-05T17:02:01Z
dc.date.available2013-09-05
dc.date.available2013-09-05T17:02:01Z
dc.date.issued2013
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/14538
dc.description.abstractDit onderzoek is gewijd aan het gebied van eerste en tweede taalverwerving en analyseert de mogelijke taaloverdracht van de moedertaal naar een taal die op latere leeftijd verworven wordt. Op basis van eerdere onderzoeken wordt verwacht dat de moedertaal invloed heeft bij het interpreteren en produceren van een tweede taal. Dat gegeven wordt in deze scriptie bekeken met een onderzoek naar pronominale relaties in de omgeving van een prepositionele frase. Er wordt hier gefocust op de verwerving van het Spaans als tweede taal bij studenten met Nederlands als moedertaal. Deze twee talen vertonen een discrepantie in de mogelijke coreferentie tussen pronomina en een lokaal subject wanneer het pronomen voorafgegaan wordt door een prepositie. Waar dit in het Nederlands in het algemeen onmogelijk is, wordt dit in het Spaans in enkele speciale gevallen toegestaan. Een collectieve Truth Value Judgement Task (Waarheidswaarde Oordeelstaak) is uitgevoerd om te bepalen in welke mate de Nederlandse grammaticale kennis invloed uitoefent op de interpretatie van Spaanse coreferentie-relaties. Uit de resultaten blijkt dat de Nederlandse studenten over de gehele test gezien geen significant hogere of lagere score behaalden dan de Spanjaarden, die als controlegroep fungeerden. Verder blijkt dat beide groepen significant lager scoorden op de conditie die voor het Nederlands niet, maar voor het Spaans wel toegestaan wordt dan op andere condities. Hierbij blijkt wel dat de Nederlandse studenten de referentiële interpretatie marginaal significant vaker afwezen dan de Spaanse moedertaalsprekers. Dit geeft aan dat hun kennis van het Nederlands aanmerkelijke invloed heeft op het leren van het Spaans als tweede taal. Opvallend is echter dat ook de Spanjaarden op deze constructie significant lager scoorden dan op andere condities, wat zou kunnen liggen aan de ontbrekende focus op het pronomen.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent1678624 bytes
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isonl
dc.title‘La niña habla de ella?’ De mate van taaloverdracht bij de verwerving van structuur-afhankelijkheden door Nederlandse leerders van het Spaans
dc.type.contentBachelor Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsTaalverwerving, Binding Principes, UG toegankelijkheid, pronomina, coreferentie.
dc.subject.courseuuTaalwetenschap


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record