Dagboeken van de Groote Oorlog. Een ervaringsgeschiedenis van Nederlandse burgers, 1914-1918
Summary
Tijdens de Eerste Wereldoorlog voerde Nederland een neutraliteitspolitiek en hield zich afzijdig van de oorlog. Dit macroniveau van de Nederlandse neutraliteitspolitiek kent binnen de historiografie een brede vertegenwoordiging. Dit werk geeft echter een verdiepend perspectief en omvat een ervaringsgeschiedenis, waarmee het het domein van de microgeschiedenis aanraakt. Binnen dit onderzoek staan de ervaringen van Nederlandse burgers die niet gemobiliseerd werden of meevochten, maar achterbleven centraal. De vraag in hoeverre op het individuele niveau van ‘gewone’ Nederlandse burgers de afzijdigheid en neutraliteit van ‘de landelijk politiek’ op macroniveau resoneerde, staat hierbij centraal.
Om een antwoord te formuleren op deze vraag zijn vier dagboeken van Nederlandse burgers onderzocht en is gekeken in hoeverre deze vier schrijvers het standpunt van neutraliteit delen en uit hun dagboeken een ervaring van afzijdigheid blijkt. De ervaringen zijn bestudeerd vanuit drie domeinen: een politiek domein, waar de ervaringen van de schrijvers tegenover de neutrale, afwezige houding van de Nederlandse politiek gelegd worden; een militair domein, van waaruit ervaringen met geïnterneerde soldaten en de mobilisatie onderzocht worden; en een sociaal domein, waarin de vluchtelingencrisis centraal staat.
Op de drie domeinen laten de dagboekschrijvers zich uit over hun ervaringen met verschillende aspecten van de oorlog, deze zijn niet neutraal en niet afzijdig te noemen. Op een enkele ervaring na zijn de dagboekschrijvers niet afzijdig maar betrokken bij de verschillende aspecten en komen niet neutrale gevoelens naar boven die zich op verschillende manieren manifesteren.
De manier waarop de ervaringen en gevoelens tegenover de verschillende kwesties besproken in de drie domeinen zich manifesteren, worden in dit onderzoek besproken. Wat echter de bron is van deze verschillen, waar ze vandaan komen en waar ze aan toebedeeld kunnen worden is een mogelijk vertrekpunt voor vervolgonderzoek.