Een klasse apart? Een onderzoek naar de visie op de standenmaatschappij rond 1900 in Herman Heijermans’ Kamertjeszonde en Israël Querido’s De Jordaan, aan de hand van het realisme, het naturalisme en het decadentisme.
Summary
In deze scriptie draait het om twee werken die verschenen zijn rond het fin de siècle. De maatschappij was in verandering en de literatuur reageerde hier op. Tevens was de wereld van de literatuur ook aan het veranderen. Er waren drie concepten dominant rond het einde van de negentiende eeuw. Het gaat hier om het realisme, het naturalisme en het decadentisme.
In deze scriptie worden Kamertjeszonde van Herman Heijermans en De Jordaan (deel 1) van Israël Querido tegen het licht gehouden. In hoeverre voldoen deze werken aan de theorie van de literair-historische concepten en in hoeverre is er sprake van een objectieve weergave van de werkelijkheid? De werken hebben gemeen dat beide werken een visie op de standenmaatschappij bevatten. De gefocaliseerde standen worden door de abstracte auteur monddood gemaakt, zij hebben niets te zeggen over hun werkelijkheid. In De Jordaan is de visie op de derde stand zeer conservatief: er wordt door de abstracte auteur met een zeker dedain op de stand neergekeken. In Kamertjeszonde is de visie avant-gardistisch: de bourgeoisie wordt met een zeker dedain en afschuw bekeken. Van een objectieve werkelijkheidsweergave is in beide romans geen sprake.
De conclusie luidt dat het zeer complex is beide werken te duiden. De werken bewegen zich tussen het realisme, het naturalisme en het decadentisme in. De romans zijn verschillend te benaderen, waardoor er geen eenduidige uitspraak mogelijk is over tot welke theorie het meest van toepassing is op de werken.