Een vijfde Galilei. Een comparatieve studie naar de functie van experimenten in Galileo Galilei’s Discorsi en de historiografie over de Wetenschappelijke Revolutie
Summary
Dat Galileo Galilei (1564-1642) een prominente positie inneemt in de geschiedenis van de natuurwetenschap, zal door weinig wetenschapshistoricus worden ontkend. Niet alleen betekende de publicatie van zijn Sidereus nuncius (1610) een doeltreffende aanval op het Aristotelische onderscheid tussen het boven- en ondermaanse, ook de publicaties van de Dialogo (1632) en de Discorsi (1638) hebben elk op eigen wijze significant bijgedragen aan de transformatie van het oude, Aristotelische wereldbeeld en een daarmee samenhangende benadering van de natuur, in een moderne, of in ieder geval meer moderne conceptie van universum en natuuronderzoek. Hoe zijn werk en leven echter precies gepositioneerd moet worden in dit transformatieproces, algemeen aangeduid als de Wetenschappelijke Revolutie, daarover verschillen de historici van inzichten.
In deze scriptie worden vier geschiedenissen over de Wetenschappelijke Revolutie geanalyseerd op de plaatsing van Galilei en zijn experimentele onderzoek binnen het kader van de Revolutie. Aan de hand van een nauwkeurige uiteenzetting van enkele passages uit Galilei's Discorsi wordt beargumenteerd dat elk van deze auteurs een essentieel aspect van Galilei's denken over de natuur negeert of mis-representeert. Om zijn denken en benadering van de natuur volledig te begrijpen, dient een vijfde Galilei aan het pantheon van de geschiedenis van de natuurwetenschap toegevoegd te worden.