Cannabisgebruik onder jonge adolescenten

Abstract

Doel: Deze studie onderzoekt of de mate van emotionele problemen een risicofactor is voor de vroegere start van cannabisgebruik onder jonge adolescenten van 12 tot 16 jaar. Daarnaast wordt onderzocht of de mate waarin de adolescent over zorgen kan praten met ouders of vrienden een beschermende factor is tegen cannabisgebruik, die mogelijk het effect van emotionele problemen kan tegengaan. Methode: De steekproef (n=893) is afkomstig uit de controlegroep van het longitudinale PAS onderzoek waarbinnen vier metingen zijn verricht. De data-analyse is aananalyse is aan de hand van lineaire regressieanalyse uitgevoerd. Resultaten: Wie tijdens de vroege adolescentie (t/m 13 jaar) emotionele problemen ervaart, heeft een grotere kans om op jongere leeftijd te starten met het experimenteren met cannabis dan iemand die geen emotionele problemen ervaart. Wanneer een jongere echter goed kan praten over zijn/haar zorgen met de ouders, dan veroorzaakt de aanwezigheid van emotionele problemen geen vroegere start met cannabis. Conclusie: Emotionele problemen vergroot de kans op cannabisgebruik op jonge leeftijd, die vervolgens de kans op psychoses vergroot. Deze resultaten maken het mogelijk om dit causale pad met zekerheid in kaart te brengen. Daarnaast is de relatie met de ouders belangrijk. Een goede relatie met de ouders kan dit causale pad doorbreken.