Kom hier! Blijf hier, je kunt alles van ons krijgen!
Summary
In de nabije toekomst wordt een steeds groter personeelstekort verwacht in de zorgsector. Voor zorg verlenende organisaties is het van belang het huidige personeel te behouden. Dit onderzoek richt zich dan ook op het behoud van het zorgpersoneel bij Stichting Prisma (hierna aangeduid als Prisma). Door middel van een kwalitatief onderzoek is geprobeerd inzicht te krijgen in de verwachtingen van medewerkers ten aanzien van de primaire, secundaire, tertiaire en quartaire voorwaarden om bij Prisma te willen blijven werken. Daarnaast worden de verschillen vergeleken tussen vaste medewerkers en flexmedewerkers in de verwachtingen ten aanzien van deze voorwaarden. De theorie over binden en boeien (Bruel & Colsen, 1998), de verwachtingstheorie van Vroom (1964) en de theorie over het psychologisch contract (Rousseau, 1995), vormen het theoretisch kader dat is opgesteld voorafgaand aan de dataverzameling. De dataverzameling heeft plaatsgevonden door middel van methodetriangulatie, namelijk het gebruik van bestaande data uit een kwantitatief medewerker tevredenheidsonderzoek, focusgroepen en interviews. Naar aanleiding van de bevindingen uit het theoretisch kader en de resultaten uit de focusgroepen is de topiclijst opgesteld.
De centrale vraagstelling in dit onderzoek is; Welke verwachtingen hebben medewerkers van Prisma ten aanzien van de primaire, secundaire, tertiaire en quartaire voorwaarden om te blijven werken binnen de organisatie en welke overeenkomsten en/of verschillen zijn hierin te ontdekken tussen vaste medewerkers en flexwerkers in de primaire zorg?
Uit de analyse blijkt dat de verwachtingen ten aanzien van de secundaire en quartaire voorwaarden het meeste invloed hebben op de motivatie om te blijven werken bij de organisatie. Hierin zijn ontwikkelingsmogelijkheden, urenplanning, waardering en gehoord worden sleutelwoorden. Om verschillende type medewerkers te behouden dient het gesprek aangegaan te worden met de individuele medewerker. In dit gesprek kunnen impliciete verwachtingen uitgesproken worden en kan besproken worden hoe en of deze verwachtingen kunnen worden waargemaakt door middel van het aanbieden van voorwaarden door de organisatie.