dc.description.abstract | Er is onderzoek gedaan naar de rol en beleving van jeugdige verdachten en hun ouders tijdens jeugdstrafzaken, waarbij gekeken is naar het begrip van de jeugdige verdacht en de betrokkenheid van ouders. De vraagstelling die in dit onderzoek centraal staat, luidt: ‘In hoeverre is er aandacht voor het begrip van de jeugdige verdachte en de betrokkenheid van de ouders tijdens de terechtzitting en hoe is de beleving van de jeugdige verdachte en de ouders van de terechtzitting?’. De dataverzameling is gedaan via observaties en semi-gestructureerde interviews. Over het algemeen kan gezegd worden dat de jeugdige verdachten begrijpen wat er gezegd wordt tijdens de terechtzitting. De kinderrechters en officieren maken geen tot weinig gebruik van moeilijke woorden, afkortingen en jargon. Het toetsen van het begrip van de jeugdige verdachte wordt door de officier niet of nauwelijks gedaan, terwijl de kinderrechter hier over het algemeen hoger op scoort. Kinderrechters die vaker het begrip van de jeugdige verdachte toetsen, scoren hoger op het verduidelijken van wat er gezegd wordt. Wat betreft de betrokkenheid van ouders kan gezegd worden dat zij van de kinderrechters en officieren de kans krijgen om aan het woord te komen. Voor alle officieren geldt dat zij niet of nauwelijks interesse en begrip tonen voor de situatie van ouders. Kinderrechters daarentegen, doen dit wel en scoren hierop gemiddeld. Ouders voelen zich over het algemeen gehoord en begrepen door de kinderrechter en officier. Echter, geeft het merendeel aan dat zij het idee hebben gehad als ouder geen bijdrage te leveren aan de terechtzitting. | |