Het verband tussen ouderlijk stimuleringsgedrag en de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind

Abstract

In deze studie is het verband onderzocht tussen stimuleringsgedrag van ouders en de sociaal-emotionele ontwikkeling van hun kind. Participanten waren 97 vaders en 96 moeders uit intacte twee-oudergezinnen met een kind tussen de 12 en 48 maanden. Door middel van een opvoedingsvragenlijst werd het stimuleringsgedrag van de ouders bepaald. Zowel vaders als moeders vulden de opvoedingsvragenlijst in. De moeders vulden daarnaast ook vragenlijsten in over de ontwikkeling van het kind (ASQ-SE, CBCL). De resultaten tonen aan dat moeders meer stimuleringsgedrag dan vaders laten zien. Er blijken geen significante verschillen te zijn tussen ouders in de mate van stimulering wanneer er onderscheid wordt gemaakt tussen zoons en dochters. Het ouderlijk stimuleringsgedrag blijkt geen voorspeller te zijn voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind. Tevens blijkt dat jongens en meisjes in sociaal-emotioneel opzicht niet verschillend reageren op het stimuleringsgedrag van ouders. De belangrijkste aanbevelingen voor toekomstig onderzoek zijn meer variatie in de steekproef, het aanpassen van de wijze waarop stimulatie gemeten wordt en het gebruikmaken van aangetoonde valide meetinstrumenten van stimulatie.