Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorSchillemans, T.
dc.contributor.advisorBakker, W.E.
dc.contributor.authorBlom, M.
dc.date.accessioned2010-11-05T18:00:37Z
dc.date.available2010-11-05
dc.date.available2010-11-05T18:00:37Z
dc.date.issued2010
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/6178
dc.description.abstractHoe stuurt de Rijksoverheid? Wordt deze sturing inderdaad steeds horizontaler, ingegeven door een gelijkwaardiger rol van het Rijk ten opzichte van medeoverheden en de maatschappij? Veel politici en bestuurskundigen, ook binnen de USBO, willen ons dat graag doen geloven. Maar hoe zit het dan met de gemeenten en provincies die zich beklagen over de bemoeizucht en dominantie van het Rijk? En hoe valt horizontale sturing te rijmen met de vloed aan beleidsvoorstellen die ministers dagelijks over de samenleving uitstorten? Wat is waar? Wat is retoriek en wat praktijk? De manier van sturen en de verschuivingen die daarin zijn opgetreden, vormen het centrale thema van deze scriptie. De centrale onderzoekshypothese is dat de maatschappelijke ontwikkelingen in de afgelopen decennia hebben geleid tot een meer horizontaal sturende Rijksoverheid. Deze hypothese wordt in dit onderzoek getoetst door de sturingsinstrumenten te vergelijken die tussen 1980 en heden zijn ingezet op vijf verschillende beleidsterreinen. Uit de analyse van de sturingsinstrumenten op de vijf beleidsterreinen komt een zeer gevarieerd beeld naar voren. Tussen, maar zelfs binnen, de beleidsterreinen zijn tegengestelde bewegingen zichtbaar in de wijze van sturen (zie figuur S-2). Sommige daarvan zijn horizontaliserend, andere verticaliserend. En soms is er juist weinig beweging te zien in de sturingsrichting. Op basis van deze vijf cases kan niet worden geconcludeerd dat het openbaar bestuur is gehorizontaliseerd, noch dat verticalisering heeft plaatsgevonden. De vijf cases omvatten gezamenlijk een breed en gevarieerd spectrum aan beleidsterreinen. Het is daarom aannemelijk dat ook in algemene zin de centrale hypothese van dit onderzoek niet houdbaar is. Misschien wel een van de meest opvallende punten in dit onderzoek is dat, in weerwil van wat veel bestuurskundigen ons willen doen geloven en van retoriek over ‘de terugtrekkende overheid’, de Rijksoverheid nog altijd duidelijk van zich doet spreken. Er wordt meer gereguleerd en geïntervenieerd dan tevoren. En het instrumentarium is in het laatste decennium meer gericht op het individu. Zowel in de gezondheidszorg, de jeugdzorg als de kinderopvang zijn vormen van vraagsturing geïntroduceerd, vaak in combinatie met een verzwaring van de wettelijke rechten van het individu. Er lijkt sprake te zijn van een verschuiving van macro- naar microsturing. De Rijksoverheid dicht het individu grote kracht toe. De individuele burger wordt ingezet als (tegen-)macht om de markt en de publieke dienstverleners scherp en in toom te houden. Dit is mede te verklaren vanuit maatschappelijke ontwikkelingen als individualisering, informalisering en informatisering.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent598709 bytes
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isonl
dc.titleDe sturende staat : onderzoek naar verschuivingen in het sturingsinstrumentarium van de Rijksoverheid tussen 1980 en heden
dc.type.contentMaster Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsoverheidssturing
dc.subject.keywordshorizontalisering
dc.subject.keywordsdecentralisatie
dc.subject.keywordsbeleidsinstrumenten
dc.subject.keywordshorizontale sturing
dc.subject.courseuuBestuurs- en organisatiewetenschap


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record