Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorGallenkamp, Rob
dc.contributor.advisorLippe, A.G. van der
dc.contributor.authorTruong, D.D.
dc.date.accessioned2010-10-20T17:00:38Z
dc.date.available2010-10-20
dc.date.available2010-10-20T17:00:38Z
dc.date.issued2010
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/5922
dc.description.abstractSegregatie in het onderwijs wordt al sinds de jaren ’70 geproblematiseerd (Karsten, 2005). Het ontstaan van té witte en té zwarte scholen wordt sindsdien veelal als een ongewenst verschijnsel beschouwd. Beleidsmaatregelen vanuit lokale overheden, zoals een maximum aantal achterstandsleerlingen binnen een stichting (Onderwijsraad, 2005) en financiële prikkels hebben de onderwijssegregatie niet voldoende doen afnemen. De verwachting is dat zwarte scholen zullen blijven bestaan en met name in steden waarvan meer dan de helft van de schoolgaande jeugd allochtoon is. Het verschil tussen witte en zwarte scholen heeft mogelijk gevolgen voor het leerkrachtgedrag. Verondersteld wordt dat er bijvoorbeeld een verschil in verloop zou kunnen zijn tussen leraren van beide schooltypen. Deze studie focust zich op een mogelijk verschil in de arbeidsmotivatie tussen leerkrachten op de zwarte scholen en de wittere. Dit om te onderzoeken op welke wijze leraren het beste geworven en behouden kunnen worden. Eveneens om te bekijken in hoeverre het mogelijke verschil in arbeidsmotivatie de vertrekintentie van deze leerkrachten bepaalt. De analyses in dit onderzoek wijzen uit dat de normatieve arbeidsvoorwaarden, de maatschappelijke bewogenheid, de bewegingsvrijheid op school, de gepercipieerde competentie van de leerkrachten en het tegengaan van de sociale ongelijk, factoren zijn die in meer of mindere mate invloed hebben op de arbeidsmotivatie. De bewegingsvrijheid van een leerkracht op school en de gepercipieerde competentie van leerkrachten blijken doorslaggevende factoren te zijn voor de arbeidsmotivatie. De maatschappelijke bewogenheid blijkt pas na een aantal dienstjaren invloed te hebben op de motivatie om te blijven werken op de huidige werkplek. Zodra gekeken wordt naar de invloed van een witte, gemengde, geconcentreerde of zwarte school, blijkt er weinig of geen effect te zijn in de arbeidsmotivatie. De vertrekintentie blijkt niet significant te verschillen per schooltype. De variabele ‘dienstjaren’ blijkt daarbij een grotere voorspeller te zijn in de arbeidsmotivatie. Dat geldt ook voor de vertrekintentie. Met name de groep leerkrachten met 7-10 dienstjaren heeft een grotere kans om de huidige werkplek te verlaten indien de arbeidsmotivatie lager wordt. Daarom is het van belang om te investeren in de leerkrachten die 7-10 dienstjaren hebben op de huidige werkplek. Met betrekking tot het werven van leerkrachten valt het meeste rendement te behalen uit de PABO-studenten, betoog ik in het laatste gedeelte. Vanwege het gebrek aan kennis over zwarte scholen lijkt een keuze voor een dergelijke school niet voor de hand. Bekend maakt wellicht bemind.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.language.isonl
dc.titleDe arbeidsmotivatie van onderwijsgevenden
dc.type.contentMaster Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsarbeidsmotivatie
dc.subject.keywordsleerkrachten
dc.subject.keywordsbasisonderwijs
dc.subject.courseuuVraagstukken van beleid en organisatie


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record