dc.description.abstract | Buitenspelen is essentieel voor de ontwikkeling en gezondheid van kinderen en wordt erkend als een recht, ook voor kinderen met een beperking. Deze kinderen hebben vergelijkbare speelwensen als hun leeftijdsgenoten, maar ervaren vaak obstakels bij het bereiken en gebruiken van speelplekken, wat kan leiden tot uitsluiting en sociale isolatie. Om dit te voorkomen, moeten speeltuinen inclusief zijn. Meer inzicht in de buitenspeelbehoeften en ervaringen van kinderen met een beperking is noodzakelijk. Dit onderzoek richt zich op hun speelervaringen in Oosterhout, een stad die actief werkt aan inclusieve speelplekken via het 'Samen Spelen' project en het speelbeleid 'Buiten spelen in Oosterhout'.
Het onderzoek omvatte zeven go-along interviews met twaalf kinderen en hun ouders. De bevindingen tonen dat kinderen vooral in speeltuinen spelen, gebaseerd op nabijheid en veiligheid, hoewel deze niet altijd aan hun behoeften voldoen. De fysieke omgeving, zoals toegankelijkheid en onderhoud van speelplekken, en de sociale omgeving, zoals acceptatie door andere kinderen, beïnvloeden hun speelervaringen. Negatieve sociale interacties kunnen ervoor zorgen dat kinderen niet buiten willen spelen.
Ouders spelen ook een cruciale rol, waarbij veiligheidszorgen en praktische overwegingen vaak het buitenspelen beperken. Maatschappelijke denkbeelden en segregatie tussen regulier en speciaal onderwijs belemmeren de volledige acceptatie en integratie van kinderen met een beperking.
Ondanks de inspanningen van Oosterhout zijn de huidige speelplekken nog niet voldoende inclusief. Voor een betere inclusieve speelomgeving moeten gemeentelijke initiatieven bekender en toegankelijker zijn. Het betrekken van kinderen met een beperking en hun ouders bij de ontwikkeling van speelplekken is daarbij essentieel. | |