Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorMennen, K.M.
dc.contributor.authorCoppes, Geert
dc.date.accessioned2024-07-02T12:32:59Z
dc.date.available2024-07-02T12:32:59Z
dc.date.issued2024
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/46606
dc.description.abstractIn deze scriptie wordt de Tilburgse elite van wolfabrikanten onderzocht in de periode van 1809 tot 1920. De vraag die centraal staat is hoe de wolfabrikanten in Tilburg gedurende de onderzoeksperiode een politieke elite bleven. Om antwoord op deze vraag te verschaffen is de familie Diepen en hun familiebedrijf als ‘case-study’ gebruikt. Vanuit ‘elitist theory’ wordt een theoretisch model toegepast waarin uitgegaan wordt van het concept van de drieledige structuur van elitaire macht van Mills, aangevuld met een cultureel domein op basis van het werk van Bourdieu. De katholieke familie-oligarchie van wolfabrikanten en gegoede middenstanders kent haar oorsprong in de nasleep van de Bataafse revolutie en werd tijdens de Franse overheersing verder versterkt. Gedurende de onderzoeksperiode is er een oververtegenwoordiging van wolfabrikanten in de lokale en provinciale politiek. Door invloed via het katholieke geloof en het onderwijs in de parochiekerken en de Tilburgse scholen werd bijgedragen aan de rechtvaardiging van de positie van de ‘wolelite’. Er bestond een nauwe verbintenis tussen de Tilburgse wolnijverheid en het leger door handelscontracten maar ook door relaties met de opperbevelhebber van het leger, de koning. De financiële welvaart van de fabrikanten maakte het mogelijk dat lange tijd het kiescollege en daarna de directe verkiezingen door de wolindustriëlen gedomineerd werden. De overlappende structurele posities van macht van de wolfabrikanten in de verschillende domeinen die in dit werk onderzocht zijn, zorgden voor een machtsvacuüm of ‘interlock’ van macht, waardoor die macht van generatie op generatie overgeheveld kon worden.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.language.isoNL
dc.subjectIn deze scriptie wordt de machtstructuur in Tilburg tussen 1809 en 1920 onder de loep genomen. Gedurende die periode bestond er een politieke elite in Tilburg gedomineerd door overwegend katholieke wolfabrikanten. Aan de hand van Mills concept van de drieledige structuur van macht, aangevuld met Bourdieu's concept van cultureel kapitaal, is in deze scriptie het voortbestaan van de elite in Tilburg onderzocht.
dc.titleIndustrieel elitisme in Tilburg. Een studie over wolfabrikanten en de elitaire machtstructuur van Tilburg van 1809 tot 1920.
dc.type.contentMaster Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsTilburg; wolindustrie; wolnijverheid; elitisme; elitist theory; familiarisme; katholicisme; parochies; Brabantse geschiedenis; Brabantse politiek; cultureel kapitaal; textielindustrie; Mills; Bourdieu; Domhoff;
dc.subject.courseuuGeschiedenis van Politiek en Maatschappij
dc.thesis.id32430


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record