Irak, een onzekere toekomst

Abstract

Irak heeft een gebrek aan Irakezen. De problematiek waar Irak sinds 2003 mee te maken heeft toont aan dat de drie grote bevolkingsgroepen van het land, de Sjiieten, Soennieten en Koerden, bijna honderd jaar na de creatie van de staat Irak vooral denken aan het belang van de eigen etnische groep. De Koerdische gemeenschap in het Noorden van Irak wordt sinds de Eerste Golfoorlog bestuurd door een eigen Koerdische Regionale Autoriteit. Voor het eerst sinds de Eerste Wereldoorlog zijn er weer mogelijkheden voor het stichten van een eigen staat. De Sjiieten, de grootste bevolkingsgroep, hebben sinds de stichting van de staat Irak nooit invloed kunnen uitoefenen op het bestuur van het land. De Soennieten, de kleinste bevolkingsgroep van het land, hebben de macht verloren die ze sinds de stichting van de staat Irak in handen hebben gehad. Er zijn een drietal scenario's voor de toekomst van Irak van toepassing. Allereerst het Eenheidsscenario. Irak blijft behouden als één centrale staat volgens de grenzen die Groot Brittannië na de Eerste Wereldoorlog heeft getrokken. Dit is het scenario waar de Verenigde Staten en haar bondgenoten op aansturen. Ten Tweede het Joegoslaviëscenario. Net als voormalig Joegoslavië valt Irak uiteen doordat elites religie en etnisch nationalisme misbruiken voor het creëren van een spiraal van etnisch geweld. Ten slotte het Tsjecho-Slowakijescenario. Irak gaat initieel verder als één staat, maar na verloop van tijd blijken er onoverkomelijke meningsverschillen te blijven bestaan die ertoe leiden dat Irak wordt gesplitst in onafhankelijke gebieden.