Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorBouvy, M.L.
dc.contributor.authorKotwal, Maryam
dc.date.accessioned2022-11-22T01:00:48Z
dc.date.available2022-11-22T01:00:48Z
dc.date.issued2022
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/43220
dc.description.abstractInleiding: antitrombotica zijn bedoeld om het risico op trombose te verminderen, maar verhogen in het algemeen het risico op bloedingen vanwege een verlengde stollingstijd. Apothekers komen vaak verschillende problemen tegen bij het beoordelen van antitrombotica recepten in de openbare apotheek. In dit onderzoek willen we weten welke aanvullende informatie een openbare apotheker in Nederland nodig heeft om antitrombotica recepten te beoordelen, waarom deze informatie wordt opgevraagd en of de aanvullende informatie leidt tot een interventie van de behandeling. Methode: dit onderzoek is een semi-kwalitatief, observationeel onderzoek die is uitgevoerd in 5 openbare apotheken in Nederland. Antitrombotica voorschriften waarvoor de apotheker bij de uitgifte of controle extra informatie nodig had zijn geïncludeerd in de studie. Apothekers werd gevraagd om op een opgesteld verzamelformulier op te schrijven welke extra informatie nodig was, bij wie deze informatie opgevraagd werd, welke afwegingen de apotheker maakte bij het beoordelen van de recepten en hoe het recept afgehandeld is. Resultaten: De aanvullende informatie die werd opgevraagd werd als volgt geclassificeerd: nierfunctie, contra-indicatie, indicatie, duur van de behandeling, dosis en anders. Aanvullende informatie over de nierfunctie werd opgevraagd voor de klasse direct orale anticoagulantia (DOAC). Apothekers vroegen aanvullende informatie op over de contra-indicatie ‘verhoogde kans op gastro-intestinale bloeding’ op voor patiënten die voornamelijk salicylaten voorgeschreven kregen. Voor de DOAC's, duale therapie en heparines is aanvullende informatie gevraagd over de indicatie. Voor patiënten die duale therapie kregen voorgeschreven, werd meer informatie gevraagd over de duur van de therapie. Er was meer informatie nodig over een interactie voor de vitamine K antagonist (VKA) acenocoumarol. Conclusie: Aanvullende informatie over de nierfunctie wordt het meest gevraagd voor DOAC's. De leeftijd van de patiënt en het feit dat de medicatiedosering afhankelijk is van de nierfunctie van de patiënt zijn factoren waarmee apothekers rekening houden. Voor het voorschrijven van acetylsalicylzuur, inclusief carbasalaatcalcium, wordt vaak om informatie gevraagd om te beoordelen of een patiënt een verhoogd risico heeft op het ontwikkelen van een gastro- intestinale bloeding of een contra-indicatie heeft voor de plaatjesaggregatieremmer. Extra informatie over de indicatie van een DOAC werd noodzakelijk geacht in het geval een patiënt geen comedicatie gebruikte, bijvoorbeeld cardiovasculaire medicijnen. Informatie ter beoordeling van de voorgeschreven behandelingsduur werd vooral gevraagd bij het voorschrijven van combinatietherapie. Vaak werd om aanvullende informatie over dosering gevraagd, bij een geneesmiddel waarvan de doseringen per indicatie verschillen en afhankelijk zijn van de nierfunctiecomedicatie gebruikte, bijvoorbeeld cardiovasculaire medicijnen. Informatie ter beoordeling van de voorgeschreven behandelingsduur werd vooral opgevraagd bij het voorschrijven van combinatietherapie.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.language.isoEN
dc.subjectBeoordeling van antitromboticarecepten in de openbare apotheek
dc.titleAdditional information that the community pharmacists need when assessing antithrombotic prescriptions
dc.type.contentMaster Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.courseuuFarmacie
dc.thesis.id12163


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record