| dc.description.abstract | De druk op de thuiszorg zal flink toenemen. Dit komt enerzijds door een huidig en groeiend tekort aan thuiszorgmedewerkers en anderzijds door een toenemende vraag naar thuiszorg (UWV, 2017; Rijksoverheid, 2017). Het is van belang dat thuiszorgmedewerkers werkzaam blijven binnen deze sector en dat thuiszorgorganisaties hun medewerkers behouden en tot zich kunnen blijven binden, in tijden wanneer er een flink tekort aan zorgmedewerkers is, de vraag naar thuiszorg zal toenemen.
In huidige onderzoeken bij het betrokken houden van medewerkers wordt vaak ondersteuning vanuit de organisatie aangehaald (Vandenberghe, Bentein, & Stinglhamber, 2002), ofwel perceived organizational support (POS). Onderzoeken naar deze ondersteuning zijn enkel gericht op een werksetting waar medewerkers fysiek in de organisatie werken en veelal direct in contact staan met ondersteunende organisatorische bronnen. De literatuur over POS is dus niet gericht op een alternatieve werksetting, zoals bij thuiszorgmedewerkers, waarbij medewerkers andere vormen van ondersteuning kunnen ervaren. Uit algemene onderzoeken is gebleken dat ondersteuning van invloed is op organisatiebetrokkenheid (Vandenberghe, Bentein, & Stinglhamber, 2002), waarbij medewerkers die hoge steun ervaren vanuit de organisatie een sterker gevoel hebben van verbondenheid (Eisenberger, Fasolo & Davis-LaMastro, 1990). Dit is relevant gezien de huidige uitdagingen op het gebied de zorg. De centrale onderzoeksvraag van dit onderzoek was dan ook:
‘’ Welke vormen van ondersteuning ervaren thuiszorgmedewerkers in een alternatieve werksetting en hoe is dit van invloed op organisatiebetrokkenheid?‘’
Vanuit bovenstaande constatering dat ondersteuning in een alternatieve werksetting anders vorm krijgt, is in het theoretisch kader de verwachting geformuleerd dat de ondersteuning van collega’s en een leidinggevende op een andere manier vorm krijgt doordat sturing vanaf een afstand plaatsvindt en collega’s minder directe collegiale ondersteuning en overleg kunnen bieden aan elkaar. Daarbij is de verwachting dat de cliënt als extra ondersteuning aanwezig is in de alternatieve werksetting doordat zij in de thuissituatie van de cliënt werken, een langdurige relatie hiermee aangaan en ook hiervan bijvoorbeeld feedback kan krijgen (De Bont, Van Haaren, Rosendal & Wigboldu, 2012).
Het onderzoek is uitgevoerd bij Vivium Zorggroep. Zij ervaren ook een personeelstekort. In totaal zijn er 20 semigestructureerde interviews afgenomen, waarvan 16 bij thuiszorgmedewerkers en 4 bij intramurale medewerkers. De 4 intramurale medewerkers zijn erbij betrokken om deze als soort controle groep op te nemen. Hierdoor zijn verschillen ontdekt en verklaard, waardoor niet alles aan alternatieve werksetting kon worden toegewezen maar de organisatorische context en het beroep ook een rol speelt.
Uit de resultaten van dit onderzoek blijkt dat thuiszorgmedewerkers op meerdere manieren ondersteuning ervaren. Er wordt het vaakst positief gesproken over ondersteuning van het team bij de thuiszorgmedewerkers. Zij bieden elkaar zorginhoudelijke en emotionele ondersteuning. Medewerkers uit de intramurale zorg spreken hier in veel mindere mate over. Er is ook ondersteuning van de coach, enkel bij organisatiezaken. De ervaring hiervan liggen meer uiteen, waarbij een groep thuiszorgmedewerkers dit positief ervaart en een groep dit negatiever ervaart. Wederom ervaren medewerkers in de intramurale zorg minder ondersteuning van de coach. Typerend voor de alternatieve werketting is dat enkel bij de thuiszorgmedewerkers is dat de betrokkenheid van de regiodirectrice voor ondersteuning zorgt. Enkel thuiszorgmedewerkers ervaren daarnaast ondersteuning door middel van opleidingsmogelijkheden. Dit helpt ze in hun werk om kennis actueel te houden. Daarnaast biedt de huisarts zowel bij de thuiszorg als intramurale zorg ondersteuning bij sommige medewerkers. Vanuit deze bevindingen kan worden geconcludeerd dat er meer ondersteuning aanwezig is in de alternatieve werksetting.
De vormen van ondersteuning hebben vervolgens op verschillende wijze invloed op de betrokkenheid van de medewerkers van Vivium. De ervaren ondersteuning heeft amper tot geen invloed op de betrokkenheid bij de organisatie. Er zijn enkele thuiszorgmedewerkers die door de ondersteuning van de regiodirectrice zich meer betrokken voelen doordat zij echt het gevoel hebben dat er naar ze wordt geluisterd en dat zij op de hoogte worden gehouden inzake de organisatie. Dit is alleen aan de orde bij de thuiszorgmedewerkers, gezien zij enkel ondersteuning ervaren van de regiodirectrice. Verder geldt voornamelijk daar waar de ondersteuning vandaan komt, zit ook de betrokkenheid, betreffende de betrokkenheid bij de organisatie, wat zojuist in deze alinea is toegelicht, maar ook de betrokkenheid bij het team. Ondersteuning van een team werkt door op de betrokkenheid bij het team.
De thuiszorgmedewerkers ervaren in voldoende ondersteuning en betrokkenheid bij hun werk om met veel plezier bij Vivium te werken. Vanuit hier zijn wel enkele aanbevelingen gegeven aan Vivium, die voornamelijk betrekking hebben op de regiodirectrice in het veld aanwezig te houden, maar ook mogelijkheden te blijven bieden dat het team elkaar kan ondersteunen. Daarnaast is er ingegaan bij de aanbevelingen op het bieden van hulp vanuit de coach bij het geven van feedback aan elkaar, maar ook kaders te bieden bij organisatie zaken die zij niet opgelost krijgen als zelfsturend team. | |
