Inventariserend onderzoek naar het aanbod en de welzijnsconditie van bijzondere huisdieren bij opvangcentra in Nederland

Abstract

In Nederland werden in 2006 ongeveer 30.7 miljoen dieren als huisdier gehouden, waarvan slechts een klein deel uit honden en katten bestaat. De rest omvat de diverse als huisdier gehouden bijzondere dierensoorten (Caneel, 2000). In dit onderzoek wordt onder de term bijzondere dieren alle soorten huisdieren verstaan, behalve honden, katten, paarden en voor productie gehouden dieren. Een deel van deze dieren in Nederland komt gedurende zijn leven in opvangcentra terecht. Het doel van dit onderzoek was het inventariseren van het aanbod en de eventuele welzijnsproblemen bij bijzondere dieren die worden aangeboden aan Nederlandse opvangcentra. Voor deze inventarisatie is gebruik gemaakt van een digitale enquête en persoonlijke bezoeken aan Nederlandse opvangcentra. Uit de onderzoeksresultaten kwam naar voren dat er onder 68 benaderde opvangcentra in Nederland gemiddeld 282,5 bijzondere dieren per opvangcentrum per jaar opgevangen worden. Het overgrote deel van dit gemiddelde aantal bleken konijnen en knaagdieren te zijn. Uit de resultaten kwam verder naar voren dat de meest voorkomende welzijnsproblemen van bijzondere dieren in opvangcentra zijn: tandproblemen, vieze en/of klittende vacht, (darm) parasieten en gedragsproblemen als automutilatie en stereotypieën. Het blijkt dat deze welzijnsproblemen in de meeste gevallen worden veroorzaakt door slechte of onjuiste verzorging door de voormalige eigenaar. De meest waarschijnlijke verklaring van deze slechte verzorging / verwaarlozing van bijzondere diersoorten is het gebrek aan kennis bij de consument.

Concluderend laten de resultaten van dit inventariserende onderzoek bij opvangcentra zien dat de verzorging van bijzondere dieren en de voorlichting van de consument meer aandacht verdient.