| dc.description.abstract | In dit onderzoek werd een antwoord gezocht op de vraag: welke problemen op het gebied van academisch schrijven ervaren hbo-schakelstudenten? Uit onderzoek was namelijk al wel gebleken dat hbo-schakelstudenten meer moeite hebben met academisch schrijven dan reguliere wo-studenten (ASFA onderzoeksbureau, 2008; Kuiken & Van Kalsbeek, 2014), maar het was nog onduidelijk welke problemen zich voordoen.
Er zijn interviews gehouden met schakelstudenten en schrijfcentrummedewerkers om te bepalen welke verschillen bestaan tussen schrijftaken op het hbo en het wo en welke problemen schakelstudenten ervaren op het gebied van academisch schrijven.
Er werden drie belangrijke verschillen gevonden wat betreft de schrijftaak: op het hbo zijn opdrachten praktijkgerichter, zijn schrijftaken meer gekaderd en op het wo moeten studenten zelfstandiger zijn. Ook bleken verschillen te bestaan in de tekstkenmerken, feedback en beoordeling.
Al deze verschillen leidden tot verschillende problemen bij schakelstudenten: problemen bij het begrijpen van de schrijftaak, en problemen door een achterstand in kennis en ervaring in het academische schrijfgenre en in het academische schrijfproces. Dit leidde tot onzekerheid bij schakelstudenten, omdat ze het idee hebben de schrijftaak niet aan te kunnen en slechter te zijn dan klasgenoten. Na verloop van tijd bleek dit gevoel af te nemen, omdat studenten successen ervaren en door ervaring met schrijven leren hoe een schrijfproduct en schrijfproces eruit hoort te zien.
Om de kloof tussen het hbo en het wo te dichten, kan in de toekomst worden ingezet op het verkleinen van de kennis- en ervaringsachterstanden van schakelstudenten. Vervolgonderzoek zal moeten uitwijzen wat hiervoor de beste manier is. | |
