dc.rights.license | CC-BY-NC-ND | |
dc.contributor.advisor | Ziche, dr. P | |
dc.contributor.author | Dwarshuis, F.G. | |
dc.date.accessioned | 2021-05-06T18:00:14Z | |
dc.date.available | 2021-05-06T18:00:14Z | |
dc.date.issued | 2019 | |
dc.identifier.uri | https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/39390 | |
dc.description.abstract | Albert Camus doet in De Myte van Sisyfus een poging om zijn eigen conceptie van een ethiek van het absurde uiteen te zetten. Dit doet hij door zich te verzetten tegen eerdere pogingen om dit te doen. Een van de auteurs waartegen hij zich verzet is de Deen Søren Kierkegaard. In dit essay analyseer ik de kritiek van Camus op Kierkegaard. Naar mijn mening is er de mogelijkheid om ook Camus zelf de maat te nemen: in hoeverre is zijn kritiek op Kierkegaard niet ook van toepassing op zijn eigen conceptie van het absurde? Camus probeert met deze kritiek de uniciteit van zijn eigen standpunt te onderbouwen. Ik meen echter dat Kierkegaard en Camus dichter bij elkaar blijken te staan dan Camus misschien zelf wel heeft gedacht. Beide filosofen ondernemen in hun werken een zoektocht naar een leven met het absurde. Beiden willen het probleem niet uit de weg gaan, maar ermee leven. Voor Kierkegaard biedt God genezing van het absurde, voor Camus is de enige optie zelf God worden. | |
dc.description.sponsorship | Utrecht University | |
dc.format.extent | 386270 | |
dc.format.mimetype | application/pdf | |
dc.language.iso | nl | |
dc.title | Een Analyse van Albert Camus’ kritiek op Søren Kierkegaard | |
dc.type.content | Bachelor Thesis | |
dc.rights.accessrights | Open Access | |
dc.subject.keywords | Camus , Kierkegaard, Absurd , | |
dc.subject.courseuu | Liberal Arts and Sciences | |