Verschillen in supervisor support: Waarneming of werkelijkheid? Percepties van verschillen, verschillen in percepties en de samenhang met affectieve organisatorische binding

Abstract

Perceived Supervisor Support wordt gedefinieerd als de mate waarin een werknemer zich gesteund voelt door zijn of haar leidinggevende. Deze percepties van steun kunnen positief of negatief doorwerken op de affectieve organisatorische binding van medewerkers: de bereidheid om loyaliteit en energie te geven aan een organisatie. De binding van werknemers kan ervoor zorgen dat zij een organisatie minder snel verlaten. Het is daarom relevant om in de zorgsector, waar op het moment van schrijven een personeelstekort heerst, onderzoek te doen naar manieren om de binding van werknemers te waarborgen. In deze studie staan een tweetal relaties centraal. Enerzijds is gekeken naar de samenhang tussen percepties van verschillen in supervisor support en affectieve organisatorische binding, met percepties van distributieve eerlijkheid als mogelijke mediërende variabele. Eerder onderzoek wees uit dat percepties van eerlijkheid positief doorwerken op de binding van werknemers. Verwacht werd dat verschillen van steun als een oneerlijke verdeling van output zouden kunnen worden gezien en dat percepties van verschillen daarom negatief gerelateerd zouden zijn aan distributieve eerlijkheid, en daarmee ook aan organisatorische binding. Anderzijds is de samenhang tussen verschillen in percepties van supervisor support en affectieve binding met situational strength als mogelijke mediator onderzocht. Gedeelde percepties kunnen zorgen voor een sterkere situatie, en een sterkere situatie is bewezen positief gerelateerd aan een betere binding van werknemers. Daarom werd verwacht dat verschillen in percepties van supervisor support negatief gerelateerd zouden zijn aan situational strength, en daarmee ook aan binding. Om de hypothesen te testen is bij 107 werknemers in de Nederlandse zorgsector data verzameld aan de hand van een digitale vragenlijst. De data is door middel van een multipele regressie geanalyseerd. De resultaten laten een negatieve samenhang tussen verschillen in percepties en affectieve binding zien, met distributieve eerlijkheid als significante partiële mediator. Voor zowel de directe relatie tussen percepties van verschillen en organisatorische binding als de indirecte relatie via situational strength wordt geen significant bewijs gevonden. Dit onderzoek onderschrijft de discrepantie tussen werkelijkheid en waarneming en impliceert dat leidinggevenden moeten zorgen voor percepties van gelijkheid in supervisor support om deze steun effectief te laten doorwerken op organisatorische binding. Limitaties en suggesties voor vervolgonderzoek worden besproken.