Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorVan de Vijver, Dirk
dc.contributor.authorWaaldijk, M.
dc.date.accessioned2020-09-18T18:00:22Z
dc.date.available2020-09-18T18:00:22Z
dc.date.issued2020
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/37689
dc.description.abstractDe resultaten uit dit onderzoek laten zien dat Van Eyck al geruime tijd vóór de stadsvernieuwing (1968-1989) bezig was met het ontwikkelen van een contextuele benadering. De noodzaak voor het ontwikkelen van een meer contextuele benadering in de architectuur en stedenbouw was bij Van Eyck met name veroorzaakt door zijn ongenoegen met in eerste instantie de anti-contextgerichte functionalistische woningbouw tijdens de wederopbouw en later ook de rigoureuze cityvormingspraktijk in de Nederlandse steden. Van Eyck verdiepte zich in historische stedenbouwkundige principes die in zijn ogen waardevolle kwaliteiten bevatten. Hij bedacht ontwerpmethodes zoals de configuratieve discipline om menselijke leefomgevingen te creëren. In 1965 komt Theo Bosch als een van de eerste officiële medewerkers voor Van Eyck te werken. Bosch maakte snel kennis met de stijl en werkwijzen van Van Eyck, waaronder zijn contextuele benadering. Bosch toonde zich zeer ontvankelijk voor Van Eycks contextuele benadering. Vanaf het moment dat hij Van Eyck hielp bij het ontwerp voor het stadhuis in Deventer in 1966 adopteerde hij voor een groot deel deze contextuele benadering zeer vlot op een manier dat hij weinig vraagtekens bij de ontwerpwijze zette. Terwijl op dat moment, voor zover bekend, een dergelijke contextuele benadering nog vrij uniek was binnen de Nederlandse architectuur. Van Eyck en Bosch vertonen de grootste verschillen in hun architectonische uitwerking. Voor Van Eyck staat vast dat er een eigentijdse architectuur moet worden toegepast. Bij Bosch is bij de eerste projecten waar hij de eindverantwoordelijke architect het gebruik van rode baksteen herhaaldelijk te zien. De reden om te kiezen voor het meer traditionele materiaalgebruik is zeer waarschijnlijk niet geheel naar hem alleen terug te leiden. De uitvoerder, Sanders bouwbedrijf, had namelijk een sterke voorkeur voor baksteen en heeft op deze manier ook het ontwerp hebben beïnvloed. Later is bij het Pentagon en het P.C. Hoofthuis wel een eigentijds architectuuridioom te zien dat aan het Hubertushuis van Van Eyck doet denken. Concluderend, Bosch lijkt minder principieel te zijn in het toepassen van een bepaalde soort architectonische stijl. Voor hem was het met name van belang dat de nieuwbouw ‘iets teruggeeft aan de stad.’
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent6505701
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isonl
dc.titleEen ‘nieuwe’ architectonische opgave. Onderzoek naar de contextuele benadering in de architectuur van Aldo van Eyck en Theo Bosch
dc.type.contentMaster Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsTheo Bosch, Aldo van Eyck, contextuele architectuur, contextualisme, Nederlandse architectuur
dc.subject.courseuuKunstgeschiedenis


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record