De Nieuwe Talentontwikkeling | Makerschap

Abstract

De afgelopen decennia hebben wendingen in het politieke klimaat bij subsidieverstrekkers uit het culturele veld gezorgd voor een focus op ondernemerschap, talentontwikkeling en multidisciplinariteit. Een overkoepelende term die in deze context wordt gebruikt is ‘makerschap’. Literair productiehuis De Nieuwe Oost | Wintertuin biedt aangesloten schrijvers – die door de organisatie ‘makers’ worden genoemd – een veelomvattend pakket dat zich richt op deze drie elementen. Dit onderzoek vergelijkt de postures van een drietal schrijvers uit het talentontwikkelingstraject van De Nieuwe Oost | Wintertuin: Merel van Slobbe, Joost Oomen en Simone Atangana Bekono. Van deze schrijvers zijn zowel tekstuele als visuele auto- en heterorepresentatiebronnen geanalyseerd op de drie dimensies van makerschap: uniciteit, multidisciplinariteit en ondernemerschap. Uit de vergelijking van de postures blijkt dat de schrijvers niet perfect in het door De Nieuwe Oost | Wintertuin gecreëerde plaatje van een maker passen. Hierdoor lijkt het alsof de organisatie de term maker met name wordt gebruikt om in te spelen op de eisen van subsidieverstrekkers. Het laat zien dat De Nieuwe Oost | Wintertuin een vooruitstrevende organisatie is, die tegelijkertijd nog veel kansen heeft liggen om de schrijvers uit het talentontwikkelingstraject volledige makers te laten zijn.