Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorvan Slobbe, Michel
dc.contributor.advisorClaringbould, Inge
dc.contributor.authorKahraman, T.
dc.date.accessioned2020-01-10T18:00:22Z
dc.date.available2020-01-10T18:00:22Z
dc.date.issued2019
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/34469
dc.description.abstractDeze scriptie doet verslag van het onderzoek naar het implementatieproces van nieuw sportaanbod bij sportbonden en hoe zich dit verhoudt met de cultuur en structuur van de sportbond. Het onderzoek heeft als doel om sportbonden handvaten te bieden voor de ontwikkeling en implementatie van nieuw sportaanbod. Sportbonden starten namelijk steeds meer met het aanbieden van ander sportaanbod dan de klassieke verenigingssport. NOC*NSF en de aangesloten sportbonden hebben uitgesproken (Sportagenda 2017+), dat fundamentele aanpassingen doorgevoerd moeten worden om aansluiting te krijgen op de veranderende sportwereld. De manier waarop mensen sporten verandert namelijk: het aantal sporters stijgt, maar het marktaandeel van de verenigingsleden daalt. Waar de vereniging voorheen de enige plek was om te sporten, groeit het aantal commerciële sportaanbieders. Sportbonden willen ook deze groep sporters bedienen met ander sportaanbod, maar dit sportaanbod heeft wel een andere benadering dan de klassieke verenigingssport. Het nieuwe sportaanbod is gericht op flexibiliteit, laagdrempeligheid en kortere lidmaatschapen. Terwijl het klassieke sportaanbod via de vereniging gericht is op een jaar lang committeren aan vaste momenten van sporten en bijbehorende vrijwilligerswerk binnen de vereniging. Het nieuwe sportaanbod dient anders aangepakt en ingericht te worden en dat heeft gevolgen voor de organisatie van de sportbond. Deze ontwikkelingen binnen de sport zijn aanleiding tot dit onderzoek met de volgende hoofdvraag: Welke factoren zijn van invloed op de implementatie van nieuw sportaanbod bij sportbonden (zoals 3x3 basketball, Kicks, Baseball 5 en Flexhockey) en hoe verhouden deze zich tot de bestaande structuur en cultuur van de sportbonden? Om deze hoofdvraag te beantwoorden zijn er tien interviews gehouden met betrokkenen van vier nieuw sportaanbod, namelijk: 3x3 Basketball (Nederlandse Basketball Bond), Flexhockey (Koninklijke Nederlandse Hockey Bond), Kicks (Koninklijke Nederlandse Voetbal Bond) en Baseball 5 (Koninklijke Nederlandse Baseball en Softball Bond). Daarnaast zijn er interviews gehouden met vier innovatie experts waar dieper op de cultuur en structuur van de georganiseerde sport is ingegaan. Binnen de onderzochte projecten van nieuw sportaanbod kan geconstateerd worden, dat bij het ontwikkelen hiervan flexibiliteit van het aanbod voorop staat. Alle vier de projecten hebben een ander startpunt en bevinden zich in een ander ontwikkel- of implementatiefase. Er zijn vanuit de trajecten van nieuw sportaanbod implicaties voor de organisatie te destilleren. Zo is te zien dat de onderzochte sportbonden een flexibele lidmaatschapsvorm zoeken voor het nieuwe sportaanbod. De meeste sportbonden kiezen ervoor om het nieuwe sportaanbod te ontwikkelen binnen een aparte afdeling of functie. Belangrijk is dan om de integratie binnen alle afdelingen goed te laten verlopen. Hiervoor moeten organisaties keuzes maken in hun reguliere werkzaamheden om ook aandacht te besteden aan het nieuwe sportaanbod. Daarnaast zijn ook ondersteunende en belemmerende factoren naar voren gekomen vanuit het ontwikkel- en implementatieproces van het nieuwe sportaanbod. Zo wordt het Innovatiefonds van NOC*NSF als een ondersteunende factor ervaren, maar is het ook meteen de belemmering dat sportbonden zelf geen geld vrijmaken voor innovatie, omdat de financiering op basis van het aantal leden is. Hierdoor blijft de focus op de ‘corebusiness’ van de sportbond: competitie en verenigingsondersteuning, sterk geïnstitutionaliseerde taken van de sportbond. Hierdoor is er niet voldoende capaciteit en middelen om nieuw sportaanbod de aandacht te geven wat het nodig heeft. Dit slaat ook op een andere belemmerende factor, namelijk het moeite hebben met het maken van keuzes binnen de organisatie. De leidinggevende speelt hier een belangrijke rol in, want naast het uitspreken van een verandering of ambitie (ondersteunende factor) moet ook daad bij woord gevoegd worden. In dit onderzoek zijn een aantal aanbevelingen gedaan. Een daarvan is dat sportbonden vooraf een duidelijke keuze moeten maken om aan de slag te gaan met nieuw sportaanbod. Uit dit onderzoek blijkt dat dit gevolgen heeft voor de organisatie en zijn structuur. Denkend aan het lidmaatschapsmodel, extra taken voor medewerkers wanneer het nieuwe sportaanbod wordt geïntegreerd binnen de overige afdelingen en de verdeling van middelen binnen de organisatie. Uit de literatuurstudie blijkt dat bepaalde elementen in de cultuur, structuur en leiderschap een positieve invloed hebben op de mate van innovatie en creativiteit. Om deze reden wordt aanbevolen om hier als leidinggevenden van sportbonden op in te zetten. Denk aan culturele normen als het ruimte bieden aan medewerkers om hun eigen werk vorm te geven. Daarnaast hebben organische structuren een positief effect op de mate van innovatie binnen organisaties. Denk hierbij aan beperking van het aantal regels, werken in multidisciplinaire teams en flexibiliteit tot veranderende behoeften. Een proactieve leidinggevende die in elk stadium van de innovatie betrokken is en capaciteit en middelen beschikbaar stelt is hierin belangrijk.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent1156029
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isonl
dc.titleKiezen voor innovatie!?
dc.type.contentMaster Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsinnovatie, innovatie in de sport, nieuw sportaanbod, sportbonden, transitie in de sport, transitie, verandering, cultuur, structuur, leiderschap
dc.subject.courseuuSportbeleid en sportmanagement


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record