dc.description.abstract | Na het referendum voor een brexit van 23 juni 2016 was er verbazing en ongeloof in het Verenigd Koninkrijk, Europa en de wereld. Bijna niemand ging ervan uit dat het mogelijk was. Een aantal wetenschappers hebben al een poging gedaan om de gevolgen van de brexit te onderzoeken. Dhingra, Velthuijsen en van Berkum en Terluin hebben onderzocht dat een brexit zeer nadelig is voor de economie van Nederland en het Verenigd Koninkrijk. Alle drie benadrukken echter dat de gevolgen afhangen van de resultaten van de onderhandelingen over brexit. Het is daarom van belang om te onderzoeken hoe een land de onderhandelingen in gaat. De onderzoeksvraag is daarom: `welke punten komen naar voren in de Tweede Kamerdebatten, tussen 23 juni 2016 en 29 maart 2017, die belangrijk zijn voor Nederland bij het begin van de brexitonderhandelingen?'. Deze vraag zal beantwoord worden door te kijken of de Nederlandse regering een zachte of harde brexit wil en welke belangrijke onderwerpen het meeneemt de onderhandelingen in. Het eerste hoofdstuk behandelt de eerste reactie van de Nederlandse regering. Die eerste reactie was vooral gericht op wat nu? Wanneer zouden de onderhandelingen beginnen en wat zou dat gaan betekenen voor Nederland? De Nederlandse regering wilde in eerste instantie ervoor zorgen dat de gevolgen voor Nederland zo klein mogelijk zouden zijn. Het leek hierdoor vooral voor een zachte brexit te gaan. Het tweede hoofdstuk gaat over de periode erna. De Britse regering had de orde weer redelijk op zaken en de Nederlandse regering was net terug van zijn zomerreces. De Nederlandse regering vond dat de beste manier om de economische gevolgen zo klein mogelijk te houden was om het Verenigd Koninkrijk in de interne markt te houden. Een belangrijk punt van aandacht was de veiligheid, Nederland had graag dat het Verenigd Koninkrijk een belangrijke rol zou blijven spelen op het gebied van veiligheid in Europa. Een ander belangrijk onderwerp was de visserij. Door de brexit zouden de vissers niet meer mogen vissen in Britse wateren wat voor veel vissers faillissement zou betekenen. In het derde hoofdstuk speelt de toespraak van de Minister-President van het Verenigd Koninkrijk, Theresa May, een centrale rol. Zij benadrukte dat het Verenigd Koninkrijk niet in de interne markt zou blijven. De Nederlandse regering was echter nog altijd open voor een eventueel handelsakkoord aangezien dat de Nederlandse economie dan het minst zou schaden. Het antwoord op de vraag: `wat zijn, voor de Nederlandse regering, belangrijke kwesties, na het referendum over de brexit op 23 juni 2016, bij het begin van de brexitonderhandelingen op 29 maart 2019, gezien de mogelijke gevolgen voor Nederland?' is dan dat de Nederlandse regering het liefst een zachte brexit zou willen want dat is in de economische belangen van Nederland. Verder hopen ze dat het Verenigd Koninkrijk betrokken zal blijven bij de veiligheid van Europa en dat ze hun wateren openhouden voor de Nederlandse vissers. | |