| dc.description.abstract | In dit interventieonderzoek heb ik in samenwerking met Eneco eMobility en de Universiteit Utrecht drie onderzoeken gedaan naar de informatievoorziening van Eneco eMobility en de informatiebehoefte van haar klanten. Eneco eMobility verkoopt laadpunten voor elektrische auto’s aan de zakelijke markt. De organisatie heeft zich in maart 2018 losgemaakt van Eneco als een onafhankelijke B.V. In september 2018 is een nieuwe website gelanceerd. Om na te gaan of Eneco eMobility de juiste informatie verstrekt aan potentiële klanten, onderzocht ik de informatievoorziening op de website van Eneco eMobility en de informatiebehoefte van haar klanten.
In het eerste onderzoek wilde ik weten of de inhoud van de website van Eneco eMobility overeenkomt met de doelen en de doelgroepen die de organisatie wil bereiken. Hiervoor voerde ik een functionele analyse uit over de website. Als eerste heb ik onderzocht welke doelgroepen Eneco eMobility wil bereiken. Ik kwam uit op twee soorten doelgroepen: mensen die een laadpunt op de zaak willen kopen, en mensen die een laadpunt voor thuis willen kopen. Uit mijn functionele analyse blijkt dat op de website meer informatie te vinden is voor kopers voor een zakelijk laadpunt dan voor een thuislaadpunt. Ook staat de informatie door elkaar heen, waardoor de functionaliteit van bepaalde teksten in het geding komt. Dit geldt vooral voor de homepage van de website. Hier valt veel winst te behalen, bijvoorbeeld door de lezer meer te overtuigen en duidelijker te informeren over het product dat Eneco eMobility aanbiedt.
Nadat ik een duidelijk beeld had van hoe ik de website kon verbeteren, wilde ik weten of er nog informatie miste die klanten belangrijk vonden. In het tweede onderzoek heb ik hiervoor recente klanten van Eneco eMobility geïnterviewd. Ik vroeg ze waarom ze elektrisch reden en waarom ze een eigen laadpunt hadden aangeschaft. Daarnaast vroeg ik ze of ze bepaalde vaardigheden nodig hadden bij het kopen van een laadpunt of het rijden van een elektrische auto, bijvoorbeeld het kunnen anticiperen op de actieradius van de accu. ik vroeg de deelnemers ook of bepaalde drempels een rol hadden gespeeld, bijvoorbeeld de hoge prijs van de auto, en naar de intentie die de deelnemers hadden om elektrisch te rijden en de aanschaf van een laadpunt. Ik hield hiervoor de Theory of Planned Behavior aan (Fishbein & Yzer, 2003). Uit de kwantitatieve interviews kwamen drie belangrijke overtuigingen om elektrisch te rijden: het financiële voordeel van elektrisch rijden, de milieuwinst van elektrisch rijden en de technologische innovaties. Ook kwamen er drie belangrijke overtuigingen uit voor de aankoop van een laadpunt: de zekerheid van een laadpunt, het gemak dat een laadpunt biedt en de noodzaak om een laadpunt te kopen. Deze zes overtuigingen heb ik in een kwantitatief onderzoek verder geanalyseerd.
In het derde onderzoek, een kwantitatieve analyse, onderzocht ik welke van de zes overtuigingen uit de kwantitatieve interviews de beste voorspellers waren voor de aanschaf van een laadpunt. Ik heb hiervoor deze overtuigingen met een vragenlijst bevraagd onder 103 berijders van elektrische auto’s. Alleen de zekerheid die een laadpunt geeft, blijkt een voorspeller voor de aanschaf van een laadpunt.
Met de uitkomst van deze drie onderzoeken vorm ik een advies voor Eneco eMobility. De organisatie richt zich in haar huidige communicatie voornamelijk op het ‘ontzorgen’ van haar klanten. Ze wil e-mobility makkelijk maken: de slogan is daarom ‘e-mobility made e-asy’. Uit mijn onderzoek blijkt dat zekerheid ook een belangrijke overtuiging is. Mijn advies aan Eneco eMobility is dan ook om meer in te zetten op de zekerheid die een laadpunt (zowel aan huis als op de zaak) geeft. Dit is niet alleen relevant, maar hiermee onderscheidt ze zich ook van de concurrenten, die allemaal willen ‘ontzorgen’. | |
