Persoonlijke netwerken en het effect van de buurt

Abstract

In dit onderzoek is getracht de samenstelling van het persoonlijke netwerk te onderzoeken aan de hand van twee buurtfactoren; het percentage van niet-westerse etniciteiten in de buurt en het werkloosheidspercentage in de buurt. Aan de hand van de theorie van Kalmijn over voorkeuren, ontmoetingskansen en derden is getracht de relatie tussen het percentage van niet-westerse etniciteiten in de buurt en het percentage van personen uit de buurt in het persoonlijke netwerk te onderzoeken. Aan de hand van de etnische competitietheorie en de sociale identiteitstheorie is getracht de relatie tussen het werkloosheidspercentage in de buurt en het percentage van personen met dezelfde afkomst in het persoonlijke netwerk te onderzoeken. Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van de Nederlandse levensloopstudie. Er zijn twee regressieanalyses uitgevoerd. Uit de resultaten blijkt dat wanneer het percentage van niet-westerse etniciteiten in de buurt toeneemt, het percentage van personen uit de buurt in het persoonlijke netwerk afneemt. Nederlanders met een Marokkaanse migratieachtergrond blijken meer personen uit de buurt in het persoonlijke netwerk op te nemen dan Nederlanders zonder migratieachtergrond. Verder komt uit de resultaten naar voren dat er geen relatie is tussen het werkloosheidspercentage en het percentage van personen met dezelfde afkomst in het persoonlijke netwerk. Ook blijkt dat Nederlanders met een Turkse of Marokkaanse migratieachtergrond een minder homogeen netwerk hebben dan Nederlanders zonder migratieachtergrond.