Wordt de samenhang tussen intelligentie en schoolprestaties beïnvloed door creativiteit?

Abstract

Onder hoogbegaafde kinderen komt relatief vaak onderpresteren op school voor. Een mogelijke verklaring vormt creativiteit, waarvan bekend is dat het samengaat met hoge intelligentie en dat het mogelijk botst met het traditionele schoolsysteem. In dit onderzoek is gekeken of de positieve relatie tussen IQ en schoolprestaties bij hoogbegaafde kinderen afzwakt naarmate hun creativiteit hoger is. Bij 446 leerlingen uit groep 6 werd verbale en performale intelligentie gemeten middels de NIO, creativiteit werd gemeten aan de hand van een subtest van de TTCT en schoolprestaties zijn vastgesteld aan de hand van de scores van het Cito LVS. Vervolgens zijn de 10% kinderen met de hoogste IQ-scores (N = 46) geselecteerd. Uit regressie-analyses bleek dat er bij hoogbegaafde kinderen geen verband was tussen IQ-score en schoolprestaties (p = .13), creativiteit en IQ-score (p = .28) en creativiteit en schoolprestaties (p = .31). Bij niet-hoogbegaafde kinderen was er alleen een significant positief verband tussen IQ en schoolprestaties (p < .001). Het interactie-effect van creativiteit op de relatie tussen intelligentie en schoolprestaties was bij hoogbegaafde kinderen marginaal significant (p = .06) met een negatieve richting. Oftewel, hoe hoger de creativiteit, hoe zwakker de relatie tussen IQ en schoolprestaties. Bij niet-hoogbegaafde kinderen was er geen sprake van een significante interactie. Hiermee kan de hypothese van het onderzoek, dat creativiteit bij hoogbegaafde kinderen belemmerend werkt op de schoolprestaties, met voorzichtigheid worden bevestigd. Een beperking van het onderzoek is de kleine steekproef. Een sterk punt is het onderzoek onder een populatie van specifiek hoogbegaafde kinderen.