dc.description.abstract | Voor Cure Park, een kunstmanifestatie in de openbare ruimte, heb ik samen met kunsteducator Mirthe Mandemakers educatiemateriaal ontwikkeld voor kinderen in de leeftijd van acht tot en met twaalf jaar. Hierbij stuitte ik op het probleem dat kunst in de openbare ruimte een ondergeschoven kindje is in de wetenschappelijke theorie over kunst en educatie. Er wordt wel educatiemateriaal voor kunstprojecten in de openbare ruimte gemaakt, maar theorievorming hierover ontbreekt. Dit bracht mij bij de vraag: ‘Welke bestaande ontwerpconcepten van kunst- en museumeducatie dragen bij aan hedendaagse beeldende kunst in de openbare ruimte van Nederland en waar zijn nieuwe ontwerpconcepten nodig?’. Voor het theoretisch kader gebruik ik vijf auteurs (Cor Blok, Camiel van Winkel, Miwon Kwon, Rosalyn Deutsch en James Meyer), die allen een ander kunsttheoretisch perspectief vertegenwoordigen op kunst in de openbare ruimte. Voor de ontwerpconcepten van kunst- en museumeducatie heb ik bestaande theorieën van het kunst- en cultuuronderwijs op basisscholen gebruikt en museumeducatieve theorieën van de constructivistische leertheorie. Aan elk kunsttheoretisch perspectief kan een bestaand educatief concept verbonden worden. In het tweede hoofdstuk wordt het educatiemateriaal van drie kunstprojecten in de openbare ruimte geanalyseerd (Cure Park, Sonsbeek ’16 transACTION en Land Art Flevoland). Dit leverde inzichten op over de bruikbaarheid van bestaande ontwerpconcepten en heeft ook nieuwe ontwerpconcepten opgeleverd. Nieuwe zijn gevonden doordat specifieke factoren in de openbare ruimte van invloed zijn op de kunstervaring, zoals de verhouding van het lichaam tot de fysieke omgeving, de wind, de geluiden, en de kennis van de plaats zoals geschiedenis en geografie. | |