Communicatie over effectiviteitgegevens van preventie- en interventieprogramma’s: de visies van wetenschappelijke onderzoekers en van gedragswetenschappers van cluster 4 scholen

Abstract

In deze thesis wordt onderzocht of gedragswetenschappers op cluster 4 scholen actuele informatie beschikbaar hebben over de effectiviteit van de preventie- en interventieprogramma’s die zij (willen) uitvoeren. De steekproef bestaat uit twee groepen deelnemers: acht gedragswetenschappers werkzaam op een cluster 4 school en acht onderzoekers die onderzoek verrichten naar interventieprogramma’s. Beide groepen zijn tweemaal geïnterviewd door middel van de Delphi interviewmethode. De methode is gekozen omdat deze hoor- en wederhoor mogelijk maakt over strategieën (a) van gedragswetenschappers om informatie te verkrijgen en te behouden, en (b) van onderzoekers om programma’s te onderzoeken en kennis over de effectiviteit te verspreiden. Aan de hand van vooraf gestructureerde, open en gesloten vragen is in fase 1 een discussie uitgelokt met beide groepen betrokkenen. Vervolgens is in fase 2 de verkregen informatie geëvalueerd en zijn in fase 3 de (deel)conclusies anoniem teruggekoppeld aan de tegenpartij. Uit de resultaten komt naar voren dat de gedragswetenschappers van cluster 4 scholen niet over actuele informatie blijken te beschikken inzake de effectiviteit van de interventiemethoden waarmee zij werken. Onderzoekers blijken niet gericht op een stelselmatige verspreiding van de informatie naar de scholen en de gedragswetenschappers zijn passief in het inwinnen van informatie. Slechts twee gedragswetenschappers hebben op hun school direct effect informatie voorhanden van één van de twee programma’s die worden gehanteerd. De gedragswetenschappers krijgen informatie via gedragswetenschappers van andere cluster 4 scholen, maar nauwelijks via contact met onderzoekers. Ze nemen kennis tot zich door middel van het lezen van wetenschappelijke en semi-wetenschappelijke tijdschriften. Daarnaast volgen gedragswetenschappers op cluster 4 scholen geen bijscholing met betrekking tot wetenschappelijk getoetste interventies. Onderzoekers verspreiden resultaten over de effecten van programma’s in wetenschappelijke tijdschriften en via bijscholing. Effectiviteitgegevens worden niet verspreid naar scholen die niet hebben deelgenomen aan het onderzoek en naar scholen buiten het Regionale Expertise Centrum (REC). Daarnaast wordt er overwegend internationaal gepubliceerd, in het Engels. Er lijkt onduidelijkheid te bestaan bij beide betrokken groepen over wie verantwoordelijk is voor het verkrijgen van de juiste informatie: de gedragswetenschappers, de onderzoekers, of allebei? Op basis van dit beschrijvende onderzoek worden suggesties gedaan voor vervolgonderzoek, om meer inzicht te krijgen in de communicatieprocessen en in de mechanismen die belangrijk zijn om een meer evidence based (cluster 4-)onderwijspraktijk mogelijk te maken.