De mediërende rol van televisiekijken en gezamenlijk lezen tussen de sociaal economische status en de narratieve vaardigheden van kinderen tussen de 4 en 6 jaar oud

Abstract

Doelstelling: Dit onderzoek richt zich op de vraag of televisiekijken en gezamenlijk lezen een mediërende rol hebben tussen de onafhankelijke variabele sociaal economische status (SES) en de afhankelijke variabele narratieve vaardigheden van kinderen tussen de 4 en 6 jaar oud. Methode: Er is kwantitatieve data verzameld van 120 kinderen in de leeftijd van 4, 5 en 6 jaar oud. Bij deze participanten zijn de ‘Multilingual Assessment Instrument for Narratives’ (MAIN) en Taaltoets Alle Kinderen verteltaak (TAKverteltaak) afgenomen om de narratieve vaardigheden te meten. Naast het testen van de kinderen is er kwantitatieve data verzameld door middel van een vragenlijst die de ouders van de betreffende kinderen hebben ingevuld. De vragenlijst ‘Short version for Monolingual Dutch children’ is hiervoor gebruikt. Resultaten: Uit de resultaten is gebleken dat SES niet significant correleert met narratieve vaardigheden. Tevens is gebleken dat televisiekijken marginaal significant bijdraagt aan narratieve vaardigheden. Gezamenlijk lezen leverde daarentegen geen significante bijdrage. Conclusie: Er kan geen eenduidig antwoord worden gegeven op de onderzoeksvraag. Geconcludeerd kan worden dat televisiekijken wel een mediërende rol heeft bij de relatie tussen SES en de ontwikkeling van narratieve vaardigheden. Televisiekijken is namelijk significant gerelateerd aan narratieve vaardigheden. Daarentegen kan geconcludeerd worden dat gezamenlijk lezen geen mediërende rol heeft. Kernbegrippen: Narratieve vaardigheden, SES, televisiekijken, gezamenlijk lezen.