Stagemotivatie bij adolescenten van het praktijkonderwijs

Abstract

Huidige studie onderzoekt de relatie tussen drie psychologische basisbehoeften (autonomie, competentie, verbondenheid) en de internalisatie van stagemotivatie onder laagopgeleide adolescenten, en de mogelijke moderatie van executief functioneren op deze relatie. Er zijn drie vragenlijsten afgenomen met betrekking tot verschillende soorten motivatie, de drie psychologische basisbehoeften en executief functioneren onder 70 adolescenten van het praktijkonderwijs (15-18 jaar). Deze vragenlijsten zijn in een pilot afgestemd op het cognitieve niveau van de adolescenten. Resultaten lieten zien dat laagopgeleide adolescenten motivatie zien als een dichotoom construct. Daarnaast bleek dat verbondenheid gerelateerd was aan alle soorten motivatie. Autonomie was enkel verbonden aan extrinsieke, sociale regulatie (negatief) en intrinsieke motivatie (positief). Competentie en executief functioneren hadden geen significant effect in deze studie. Om laagopgeleide adolescenten te motiveren, zou rekening gehouden moeten worden met hun gevoel van verbondenheid. Verder onderzoek zou kunnen focussen op de vraag hoe verbondenheid het beste gestimuleerd kan worden en waarom deze adolescenten motivatie als een dichotoom construct beschouwen.