dc.description.abstract | Machtsverhoudingen tussen verschillende minder- en meerderheidsgroepen en ongelijke kansen zijn een reëel probleem bij het ongelijk verdelen van topfuncties. Bovendien is dit soort machtsstructuren van invloed op de manier waarop diversiteit en diversiteitsbeleid vorm krijgt binnen organisaties. Een onzichtbare vorm van macht is privilege. Blijkt uit het feit dat de top nog steeds overwegend blank en mannelijk is, dat er sprake is van onbedoelde bevoorrechtingseffecten binnen organisaties? In deze scriptie wordt het volgende onderzocht: In hoeverre heeft privilege invloed op het diversiteitsbeleid bij grote organisaties, zoals ABN AMRO, gemeente Amsterdam, PwC en KPN?
Onbedoelde bevoorrechtingeffecten die aanwezig zijn in de gehele maatschappij werken ook door in het diversiteitsbeleid van grote organisaties. Privilege en dan vooral het onzichtbare effect ervan heeft invloed op de uitvoering van het beleid. Het doel van dit onderzoek is om deze structuren van privilege bloot te leggen. Daarvoor is het van belang om eerst te analyseren hoe het diversiteitsbeleid in grote organisaties wordt gedefinieerd. Aan de hand van interviews met diversiteitmanagers, heb ik geconstrueerd hoe het diversiteitbeleid bij KPN, gemeente Amsterdam, ABN AMRO en PwC wordt vormgegeven.
Het diversiteitsbeleid pretendeert voor iedereen te zijn, zodat alle talenten zich kunnen ontplooien, ongeacht afkomst. Diversiteitsbeleid wil namelijk een bijdrage leveren aan een heterogeen samengesteld personeelsbestand. In de praktijk blijkt dit zeer gecompliceerd en is vooral de top van organisaties nog zeer homogeen. Bij de uitvoering van het beleid blijkt dat mensen die zich niet in een geprivilegieerde positie bevinden, moeten emanciperen. Iemand die afwijkt van de norm, moet zich aanpassen, zodat hij beter bij de huidige cultuur past. In dit gedachtengoed wordt voorbijgegaan aan het feit dat deze cultuur gericht is op mensen die zich op geprivilegieerde posities bevinden. Er ontstaat bijna vanzelfsprekend een primaire focus op mensen die zich op de zwakke kant van de geproduceerde binaire opposities bevinden. Door de onzichtbaarheid van privilege, is er in het beleid geen aandacht voor de neutraliteit van degenen die privileges hebben. Het privilege wordt hierdoor niet alleen in stand gehouden, maar ook versterkt. Het gevolg is dat de verschillen tussen geprivilegieerde en minderheidsposities juist worden versterkt. | |