dc.description.abstract | De ontwikkelingen omtrent digitale technologieën veranderen de manier waarop wij communiceren. Zo heeft de opkomst ook in de Nederlandse rechtszaal geleid tot een toename van de hoeveelheid en type beelden die worden gebruikt. Voor optimaal en correct gebruik van (audio)visueel (bewijs)materiaal is inzicht nodig in de voor- en nadelen en mogelijke gevolgen van het gebruik. Er was echter nog weinig bekend over het beeldgebruik in de Nederlandse rechtszaal. Daarom was het eerst van belang om te bekijken hoe het ervoor stond met dit gebruik. Om dit doel te bereiken, zijn de volgende variabelen onderzocht: wanneer en door wie wordt beeld gebruikt, hoe vaak en hoe wordt beeld ingezet (type, vorm, aanwezigheid) en wat zijn de functies van de beelden. Het corpus bestond uit willekeurig bijgewoonde strafrechtszittingen bij de Openbare Politierechter in de Rechtbank Utrecht. Aan de hand van een codeerschema werden de rechtszaken geobserveerd en de data verzameld. Voor de analyse van deze data is voornamelijk beschrijvende statistiek gebruikt, in combinatie met de Chi-kwadraattoets. De resultaten van dit onderzoek dragen bij aan het inzicht over het beeldgebruik in de Nederlandse rechtszaal. Hierdoor kunnen er concretere uitspraken worden gedaan over de verwachtingen, mogelijke invloeden en gevolgen van dit gebruik. | |